dige studie van de vlucht en alles wat daar
mede te maken had is hieraan vooraf
gegaan. Men liet de hypothese dat Amelia's
vliegtuig op een spionagemissie was en neer
geschoten zou zijn door Japanse jagers al
snel als niet bewijsbaar vallen. Deze versie -
een der meest verbreide- ontbeert elke
grond van bewijs, daar ze is opgebouwd uit
louter van horen zeggen verhalen, aldus Gil
lespie. Wij zijn uitgegaan van feiten die voor
iedereen toegankelijk waren, zoals:
- Het logboek van de "Itasca", de Coast
Guardboot met wie Amelia het laatste
radiocontact had;
- Een PanAm memorandum van 10 juli
1937, waarin melding wordt gemaakt van
signalen, die na haar vermeende neerstor
ten op 2 juli, nog tot 5 juli werden ontvan
gen en gepeild door stations op Ohau
(Hawaii)Midway en Wake;
- Het in de archieven van de NAVY bewaarde
verslag van het overvliegen van Gardner tij
dens de uitgebreide zoektocht in de week
na haar vermissing door luitenant Lam-
brecht van het slagschip "Colorado", waar
bij hij "sporen van menselijke activiteit" op
het toen onbewoonde atol vaststelde;
- De gegevens die door Lockheed werden
aangedragen met betrekking tot het brand
stofverbruik van de Electra. Hiervan uit
gaande moet het mogelijk zijn geweest de
Phoenix-archipel te bereiken. En daar ligt
Gardner!
Tel je al deze indicaties bij elkaar op, dan
kom je uit bij de mogelijkheid dat er een
noodlanding moet hebben plaatsgevonden
op het bij eb hiervoor geschikte strand van
Gardner. Lambrecht deed deze suggestie al
in zijn rapport van 16 juli 1937.
Volg je bovendien nog eens de lijn, die Ame
lia als laatste positie opgaf aan de "Itasca"
("We zitten op positielijn 157-337. We vlie
gen noord en zuid"), dan kom je ook in die
omgeving uit.
De kruispeiling die PanAm tussen 5 en 9 juli
deed uitvoeren op ontvangen signalen, duid
den eenduidig richting Phoenix-archipel,
aldus de theorie van Gillespie. TIGHAR leg
de het hele onderzoek vast in twee lijvige
boekwerken.
Een eerste concrete resultaat leverde de
expeditie in 1989 naar Nikumaroro op, toen
men thuiskwam met restanten van een navi
gator boekenkistje.
Om aan te tonen dat men niet over één
nacht ijs ging, volgt hier wat uitgebreider de
werkwijze van het onderzoek van dit ene spe
cifieke relict.
Het laboratorium van het FBI onderwierp
het kistje aan een grondig onderzoek met als
resultaat dat "men niet kon bewijzen dat het
niet afkomstig zou kunnen zijn uit het vlieg
tuig van miss Earhart" (citaat FBI-rapport)
Maar daarmede was de kous nog niet af. De
vraag bleef of het kistje inderdaad aan boord
van de Electra was geweest. Lockheed wist
van niets: op de inventarislijst van het vlieg
tuig komt het niet voor. En op geen enkele
bekende foto van het interieur van het vlieg
tuig is het te zien. Totdat er in mei 1991 in
de archieven van de Purdue universiteit een
foto opdook die in Darwin was gemaakt.
Amelia en Fred staan voor de open deur van
het toestel; achter hen in het halfdonker
interieur staat een hoekig voorwerp. Een
blow-up van de foto werd met computer-ana
lyse zorgvuldig onderzocht. Het resultaat
toont een voorwerp, hoekig van silhouette,
met een diagonaal aangebrachte bevesti
gingsslede. Het toonde overeenkomst met
het gevonden en gerestaureerde object.
Bovendien werd de gehele scene op de Dar-
win-foto bij een museum exemplaar van de
Electra gereconstrueerd, waarbij een model
van het kistje in de deuropening geplaatst.
Deze scene werd gefotografeerd en vergele
ken met de de Danvin-foto. Zelfs de schadu
wen werden met belichting kunstmatig weer
tot leven gewekt.
De gelijkenis was frappant.
Maar nog was men niet gerust: kon het niet
zo zijn dat het op Gardner was komen aan
spoelen? Weer werd in de archieven gedo
ken. Maar niets wees op een vliegtuig dat op
of nabij Gardner in zee terecht was geko
men. Ook de tijdelijke door de NAVY inge
richte vliegbootbasis op Gardner (1944)
bracht geen uitkomst. Alles was methodisch
gesloopt en bij vertrek einde 1944 meegeno
men (Er waren wel PBY-codes op het metaal
aangetroffen).
Het zag er dus naar uit dat men op goud was