se armada, die nog werd bijgestaan door 32
grote vliegboten, die samen met drijver- en
carriervliegtuigen de verkenningen zouden
doen, terwijl op 500 mijl van Hawaii een kor
don van tenminste 16 onderzeeboten de
Amerikaanse carriers moesten onderschep
pen.
USNavy bevelhebber in de Pacific Admiraal
Nimitz liet zich niet misleiden. Hij wist
ENTERPRISE en HORNET, juist terugko
mend van de aanval op Tokio, in april 1942
uitgevoerd door B-25 Mitchell Army bom
menwerpers, klaar te hebben. Er was aan de
Britten om een carrier gevraagd, maar geen
was er tijdig gereed. YORKTOWN, die naar
zeggen nog drie maanden diende te worden
gerepareerd na de schade opgelopen in de
Koraalzee, werd in enkele dagen opgelapt en
alsdus had de USNavy drie carriers met 238
boordvliegtuigen (Wildcats jagers, Dauntless
duikbommenwerpers en Devastator torpedo
vliegtuigen), ondersteund door 8 kruisers,
17 torpedobootjagers, 2 tankers. Voorts
waren er 25 onderzeeboten, die een kordon
om Midway moesten vormen.
Schout-bij-nacht Fletcher scheepte zich in op
de YORKTOWN als TaskForce TF 16; hij was
ook de bevelhebber van de hele actie.
Schout-bij-nacht Spruance ging aan boord
van de ENTERPRISE en voerde het bevel
over TF 17, waaronder ook de HORNET viel.
Voorts hadden de Amerikanen op Midway 21
verouderde Brewster Buffalo en 7 Wildcat
jagers, 17 verouderde Vindicator en 16
Dauntless duikbommenwerpers met een
merendeel van niet afgeleste vliegers. Voorts
waren er 6 nieuwe Avenger torpedovliegtui
gen (passanten) en 32 Catalina vliegboten.
Van de USArmy Air Force waren er 19 B-17
Vliegende Forten en 4 Marauders middel
zware bommenwerpers. Een bataljon mari
niers zorgde voor de verdere verdediging.
Toen de Amerikanen wisten dat Yamamoto
onderweg was, begon op 30 mei 1942 een
dagelijkse patrouille van 11 Catalina's tot op
een afstand van 700 mijl van Midway, met
apart één Catalina, die naar de meest denk
bare positie van de vijand vloog. De Vliegen
de Forten namen in de middag die verken
ningen deels over.
Op 30 mei waren ook TF 16 en TF 17 uitgeva
ren in noord-westelijke koers. Doordat het
kordon van Japanse onderzeeboten nog niet
geheel was betrokken werden zij niet opge
merkt.
Japanse vliegboten die van de French Shoals
(ondiepten) door onderzeeboten zouden
worden bevoorraad, ontdekten bij aankomst
daar twee Amerikaanse vliegtuigmoeder
schepen. Die aanvallen zou de operatie weg
geven, zodat zij ongemoeid werden gelaten.
Het gaf een bres in de Japanse verkenning.
Op 3 Juni 09.00 uur zag de apart uitgezon
den Catalina de invasievloot, waarop B-17's
van grote hoogte een aanval deden, die mis
lukte.
Op 4 juni 01.15 uur vielen vier Catalina's
ieder met een torpedo de transportschepen
aan. Een tanker werd beschadigd. Ondertus
sen had de Japanse vloot met mist en zware
zee te kampen, zodat navigatie en verken
ning niet optimaal waren.
Op 4 juni 04.30 uur liet admiraal Nagumo
van zijn vier carriers een 'strike' afvliegen op
Midway. Tegelijk moesten drijvervliegtuigen
sectoren verkennen om de Amerikaanse car
riers te vinden. De sectoren werden echter
niet goed gedekt door het falen van een kata
pult en enige motoren van de vliegtuigen.
Vervangers werden niet uitgestuurd.
Om 05.25 uur zag de apart uitgezonden Cat
alina de Japanse 'strike', rapporteerde die
met gevolg dat schout-bij-nacht Spruance
besloot de geplande 'strike' te vervroegen,
zodat juist wanneer de Japanse vliegtuigen
op hun carriers zouden landen, die aan te
vallen.
Tegen 06.00 uur pikte de radar van Midway
de aanvallers op en werden alle operationele
vliegtuigen bewapend de lucht in gestuurd
om ten oosten van Midway te cirkelen in
afwachting van orders. 20 Brewsters en 6
Wildcats gingen de vijand tegemoet, 15 van
hen werden door de veel betere Zero's
meteen afgeschoten, 7 werden zwaar bescha
digd.
Toen de Japanse toestellen weer tegen 07.00
uur naar hun schepen terug gingen, waren
de voornaamste posities getroffen en lag
Midway te branden. Slechts 7 Japanners wer
den neergehaald. Terwijl de aanval aan de
16