LVA, met escadrilles, later ook afdelingen
genoemd, georganiseerd in 7 groepen van 3
afdelingen. Na de mobilisatie in 1940 werd
ook hier een Regiment opgericht als over
koepelend orgaan.
Als gevolg van de capitulaties, zowel in
Nederland als in Nederlands-Indië werden
alle onderdelen opgeheven en na de oorlog
niet meer heropgericht. Dit alles verklaart
nog niet waarom in Nederland van die hoge
nummers worden gebruikt.
ARMY FLYING CORPS EN ROYAL NAVAL
AIR SERVICE 1878-1918
Voor een verklaring van het bovengenoemde
moeten we terug naar 1878, toen de Engelse
Royal Engineers (genie) de eerste eenheid
met gasgevulde ballonnen oprichtte. In 1911
werd dit No 1 Airship Company en op 13 mei
1912 No 1 squadron RFC (Royal Flying
Corps) (Military Wing). Tot augustus 1914
ontstonden 7 squadrons die met het leger
naar Frankrijk trokken. Gedurende de Eer
ste Wereldoorlog werden, naast een zeer
groot aantal opleidings- en depot eenheden,
ongeveer 160 squadrons opgericht.
De Britse Marine had haar eigen luchtmacht
en hiervan gaat de historie terug tot 13 mei
1912, maar dan als RFC" (Naval Wing). Op 1
juli 1914 veranderde de naam in RNAS (Roy
al Naval Air Service). Voor het gemak begon
men ook hier vanaf "1" te tellen. Er was dus
sprake van duplicatie van nummers.
ROYAL AIR FORCE 1918-1940
Op 1 april 1918 werden beide organisaties
samengevoegd tot RAF (Royal Air Force) en
als gevolg daarvan moest een verandering
van nummers plaatsvinden. De RFC",
squadrons behielden hun oude identiteit, de
RNAS squadrons kregen 200 toegevoegd aan
hun oude nummer. Het oude No 8
squadron, Naval Eight, werd No 208
Squadron RAF. In deze periode ontstond
een groot aantal onderzeebootbestrijdings-
vluchten met nummers tussen de 300 en 562.
Deze werden in augustus 1918 samengebun
deld tot squadrons van twee of drie vluchten.
In totaal zijn in de Eerste Wereldoorlog
ongeveer 250 squadrons gevormd.
Na de wapenstilstand werden veel squadrons
ontbonden. Er zijn zelfs plannen geweest de
hele RAF te laten verdwijnen. Dank zij Lord
Trenchard bleef de RAF een onafhankelijk
wapen. Vliegdekschepen van de Marine had
den voor het vliegen een RAF detachement
als aanvulling op de bemanning. Dit waren
detachementen georganiseerd in vluchten
met nummers in de 400 serie.
Aan het begin van de jaren '30 werd een spe
ciale reserve opgericht ter sterkte van 5
squadrons. Deze kregen de nummers 500
t/m 504 toebedeeld. In 1925 was de AuxAF
(Auxiliary Air Force) opgericht. Deze
bestond uit burgers die in hun vrije tijd mili
tair waren en op die wijze in 1940 bijdroegen
aan het stoppen van de Luftwaffe boven
Groot Brittanië. Hiervoor werden de num
mers van 600 t/m 616 toegekend.
De tweede helft van de jaren '30 was zeer
belangrijk voor de RAF. De RAF ging, toen
de herbewapening van Duitsland duidelijk
werd, ook groeien. Er werd een groot aantal
plannen gemaakt, die al snel werden vervan
gen door nieuwere. Er werd een groot aantal
squadrons heropgericht en uitgerust, zij het
met verouderde vliegtuigen. Er werd nadruk
gelegd op de bommenwerper.
FLEET AIR ARM (FAA)
De Royal Navy kreeg in 1933 weer de contro
le over de vliegtuigen op de vloot en werd de
FAA opgericht. De bestaande flights werden
paarsgewijs samengevoegd tot squadrons
met nummers in de 800 serie. De niet-
gevechts- en opleidingssquadrons werden
nummers in de 700 serie toebedeeld.
TWEEDE WERELDOORLOG
Op 3 september 1939 begon de 2e Wereld
oorlog en werd heel voorzichtig offensief
opgetreden tegen Duitsland. Tot 10 mei
1940 was het relatief rustig. Ook in Frankri jk,
omdat de Fransen bang waren voor Duitse
en na 10 juni ook voor Italiaanse reacties.
Veel vliegtuigen hadden een te kleine actier
adius om vanuit Groot Brittanië op te treden.
Dit was het gevolg van het stafidee in de jaren
1920 en '30 dat de eerstkomende oorlog er
een tegen Frankrijk zou zijn.
17