barre winter van 1945/1946 oorzaak, dat de opgelopen achterstand nog groter werd. Menig 320'er had voor zichzelf de voortzet ting van de Mosquito-conversie afgeschre ven. Gezien de gang van zaken was dit een volkomen begrijpelijke reactie. HERVATTING EN EINDE VAN DETRAINING Intussen had CSQ 320 Witholt niet stilgeze ten. Dank zij zijn onvermoeide inspanningen wist hij medio december van de Director General of Training gedaan te krijgen, dat de instructie zou worden hervat en de gehele opleiding voor 320 voltooid zou worden. Als peildatum werd 22 januari 1946 vastgesteld, d.w.z. na beëindiging van de toen lopende R.A.F.-cursus. Alweer door de slechte weer somstandigheden kon de instructie pas in februari worden hervat. Intussen had H.Q. Fighter Command bepaald, dat de instructie aan 320 uitsluitend tot de le fase beperkt zou blijven. Dit bete kende, dat het squadron begin maart Croft zou moeten verlaten om elders de twee vol gende opleidingsfasen te kunnen voltooien. Na ontvangst van deze teleurstellende mede deling verzocht Witholt het DNLSK onmid dellijk de nodige maatregelen te treffen om de training met eigen Mosquito's in Neder land voort te kunnen zetten. Hierbij sugge reerde hij Gilze-Rijen als nieuwe basis voor het squadron nadat de verhuizing uit Croft zou hebben plaatsgevonden (16). Witholt's berichten noopten de marineleiding in Nederland tot het nemen van enige snelle beslissingen. In een vergadering van de Chef Marinestaf, die in januari 1946 met enige autoriteiten van de MLD en DLSK werd gehouden, kwam men tot de conclusie dat de heruitrusting van 320 met Mosquito's ook vanuit financieel oogpunt bezien nog steeds van kracht was. Ook de voorgenomen uitzen ding naar Indië lag onbetwist voor de hand, mits het squadron geheel "sell supporting" kon zijn. Ingedeeld squadronpersoneel afkomstig van de LSK zou daarbij voorlopig nog voor circa twee jaar gedetacheerd blij ven. Daarna zou het de personeelskern moe ten vormen voor de nieuw op te richten light bomber squadrons van de Luchtstrijdkrach ten. Een ernstig bezwaar t.a.v. de uitzending was evenwel, dat hiermee een bijna onverant woord beslag op de toch al overbelaste Tech nische Dienst van de MLD in het Oosten zou worden gelegd. Om die reden werd het tot- standbrengen van een uitgebreide techni sche ondersteuningsorganisatie als eerste prioriteit bepleit (17). Intussen was op Croft vanaf 31 januari 1946 de 133e cursus van No. 13 O.T.U. ten behoe ve van de 320-vliegers van start gegaan. Uit diverse vliegboekaantekeningen blijkt, dat deze al op 21 februari werd beëindigd, toen alle gedetacheerde vliegers de fase 1- omscholing met succes hadden voltooid. Hoewel omtrent de voortzetting van de opleiding bij de R.A.F.-leiding nog stevig werd gediscussieerd, bleven de Britten voet bij stuk houden en waren zij niet van plan toe te geven aan de op hen uitgeoefende druk van Nederlandse zijde. Tijdens deze bespre kingen werd steeds duidelijker, dat de Nederlandse militaire luchtvaart het bij de wederopbouw voortaan zonder R.A.F.-hulp zou moeten stellen. Voor de marineleiding betekende dit. dat bij de toen nog op te stel len nota inzake de MLD-organisatie terdege rekening moest worden gehouden met het abrupt wegvallen van de Britse assistentie (18). Overwogen werd om de inmiddels met de Britten overeengekomen levering van 38 Mosquito-jachtbommenwerpers voorlopig aan te houden (19). De toen deplorabele bemanningssituatie bij de MLD in Oost- Indië zorgde kort daarna evenwel voor een complete koerswijziging t.a.v. het aanvanke lijk vastgestelde beleid. Eind maart 1946 moesten op grond van genoemde situatie daarom enkele ver gaande beslissingen wor den genomen. Allereerst werd besloten tot ontbinding van 320 Squadron. Vanaf 18 maart werd als gevolg van deze maatregel het gehele squadron in drie groepen vanuit Croft naar de vliegbasis Twenthe overge plaatst. Daar zou de opleiding van bet vlie gend personeel worden voltooid. Verder lag het in de bedoeling om hel marinegrondper- soneel grotendeels naar Indië uit te zenden, teneinde in de acute behoeften van de MLD 9

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Nieuwsbrief Militaire Luchtvaart Museum | 1995 | | pagina 9