De oorsprong van de squadronnummers van
Marine Luchtvaart Dienst en
Koninklijke Luchtmacht
11. Het Lichtspoor II (1948) No. 17 "Redding op
zee met behulp van vliegtuigen".
12. Vliegwereld 16 (1950), 639 "Reddende vleu
gels. Het werk van de lucht-zee reddings
dienst"; Het Lichtspoor 4 (1950), No. 2 "Red
ders in uniform".
13. Marineblad LXIII (1953), 1627 "Vredestaak
Kon. marine - Samenwerking met KNZHRM
en Radio Scheveningen"
14. Onze Vloot 42 (1953), 49 "Het aandeel van
de Kon. marine in de hulpverlening".
15. Vliegwereld 15 (1949), 203, 291.
16. De voor de sloop bestemde toestellen waren
de A-ll, A-12, A-14, A-16, A-20 en A-23
(IMH/MLD-archief: vliegtuigkaarten B-25
Mitchell). De A-22 werd op Valkenburg in
geconserveerde conditie gehouden.
17. IMH/"losse stukken"- "Dislocaties van Hr.Ms.
Oorlogsschepen en Vliegtuigen".
18. Alle Hens, juli 1949.
19. IMH/MLD-archief: vliegtuigkaarten B-25
Mitchell. Vlgs. dezelfde informatie onderging
de M-8 (latere registratie B-8) geen opknap
beurt.
20. Vliegwereld 16 (1950), 793.
21. Vliegwereld 17 (1951), 57 "Herboren
Mitchells voor de MLD".
22. Ibidem, 172
23. IMH/MLD-archief: vliegtuigkaarten B-25
Mitchell.
24. Alle Hens, juli 1952 "Van marinevliegkamp
Valkenburg naar B.A.N. Agadir"
25. IMH/MLD-archief: jaarverslagen VSQ 5 en
VSQ 8 over 1952
26. W. Zwakhals "Dutch wrecks and relics", Rot
terdam 1984 8c 1991).
27. De buikkoepel werd bij de restauratie helaas
niet aangebracht.
Opmerkingen
1. CDRV b.d. H.J.E. van der Kop was zo vriende
lijk de nodige kanttekeningen bij het originele
manuscript te plaatsen, waarvoor mijn dank!
2. Sedert 25 mei 1990 is Nederland een vliegwaar-
dige B-25J-20 rijk. Deze Mitchell van de Stich
ting "Duke of Brabant Air Force" heeft welis
waar geen MLD-verleden, maar houdt niette
min vanwege zijn 320-beschildering in binnen-
en buitenland de vlag én de traditie van het
oudste Nederlandse vliegtuigsquadron hoog!
deel 2
RAF NA DE TWEEDE WERELDOORLOG
Na de wapenstilstand met Duitsland en Japan werd wederom een groot aantal RAF en FAA
squadrons ontbonden, te beginnen met de jongsten, met name de hoogst genummerden, zij
het met uitzonderingen. In de jaren na de oorlog kreeg de RAF weer iets terug van haar voorl-
oorlogse vliegclubidee. Ook de Auxiliaries werden ontbonden, maar al in 1947 als RAuxAF
heropgericht. De RAuxAF en haar marine tegenhanger, de RNVR (Royal Naval Volunteer
Reserve), gebruikten oude nummers, al werden ook nog enkele nieuwe nummers uitgegeven.
Zo was No 662 squadron een transportsquadron en werden de squadrons No's 661 t/m 664
lichte vliegtuigsquadrons. Van de laatste squadrons hadden de vluchten ook nog eigen num
mers in de 1900 serie. De RNVR gebruikte de nummers in de 1800 serie. Deze reserve lucht
machten werden in 1958 opgeheven, deels op Financiële gronden en deels, althans dat was
23
