gebied van de Pacific minder veranderlijk is dan dat van bijvoorbeeld het zeegebied bij West
Europa, helemaal voorzichtig was dat niet. Zo heeft onderzoeker R. Nesbit in Engelse meteorolo
gische archieven later gevonden dat op 2 juli 1937 in het gebied tussen Nieuw Guinea en de
Nukumanu Eilanden de windsnelheden niet 13 tot 15, maar 25 mph waren. En het waaide ook niet
uit het oost-zuidoosten, maar récht uit het oosten. |7| Als Noonan dal had geweten had hij gezien
de overige implicaties van het weer de start misschien nóg een dag later geadviseerd. Maar het is
nu ook weer niet zo dat het op vrijdag heersende weerbeeld vergeleken met dat van donderdag het
mislukken van het vinden van How land zou hebben veroorzaakt. Daar zijn geen aanwijzingen voor.
Wel kan bewezen worden dat onderweg van Lae naar de Nukumanus, Amelia's v liegtuig met opzet
over een aantal eilanden gevlogen werd, kennelijk voor een voorzichtige navigatie over bewolkt
gebied. [8| En ook kan bewezen worden, dat op hetzelfde traject door de van de voorspelling afwij
kende weerbeelden een vertraging van 43 minuten op het vluchtplan werd opgelopen. Hel weer na
het passeren van Nukumanu had echter geen bijzondere invloed meer op het verloop van de reis:
verdere vertragingen traden niet op. Tenslotte nog kan overtuigend worden aangetoond dat
Noonan's chronometers géén afwijking van de standaardtijd (GCT) kunnen hebben gehad zodat niet
met een tijdfout genavigeerd werd. [9] Een foutieve opname van de coördinaten van Howland in de
kaarten aan boord heeft zo goed als zeker het misvliegen van het eiland veroorzaakt. Géén overwe
gend foutief ingeschat weerbeeld dus en géén navigatiefout.
De Lockheed Electra 10E, NR16020, de machine waarmee Amelia Earhart en Fred Noonan spoor
loos verdwenen.
21