Dagboekaantekeningen Meidagen 1940 van A.H. Geudeker, destijds als officier v.d. Marinestoomvaartdienst der 2e klasse werkzaam als chef "hangar zuid" op Hr. Ms. marinevliegkamp "De Kooy". Vliegers "JaVa" gedetacheerd op "De Kooy" Kapt. Schmidt Crans, commandant le It. Huddleston Slater le lt. Focquin de Grave 2e lt. Van Overvest 2e lt. Bosch 2e lt. Doppenberg 2e lt. Tuininga 2e lt. Van Der Stok sergt. Slag wachtm. Van Zuylen Vrijdag 10 mei 1940 Om 4.00 uur hoorden we weer motorgeronk en toen was het ineens algemeen alarm voor alle JaVa's. Bij de boerderij van Van Der Veen kwa men ineens 2 grote 2 motorige Duitse vlieg tuigen tevoorschijn van achter de dijk op slechts enkele tientallen meters hoogte. Langs de terreinrand stonden 16 mitrailleurs opge steld en toen die allemaal begonnen te schieten was er een prachtig vuurwerk boven het terrein, waarnaar ieder geïnteresseerd stond te kijken! Onze JaVa vliegtuigen hingen al in de lucht en raakten dadelijk slaags met Messerschmitt jachtvliegtuigen. Een daarvan maakte op ons veld een noodlanding, de vlieger werd gevangen genomen, 3 anderen zouden zijn neergeschoten. Een van de D.21's keerde niet terug. De overige D.21's moesten landen om munitie te laden, ook landde een T.5 waarvan de staartkoepel was afgeschoten en er landde een G.l, die een van de staaldraden van onze terrein versperring in de schroef kreeg. Duitse vliegtuigen deden een aanval met mitrailleurs waarbij een dode (korpl. v/d JaVa) en verschillende gewonden te betreu ren vielen. Een D.21 vloog in de brand, de overige werden beschadigd. Daarna volgden in de loop van de morgen ver schillende aanvallen, waarbij o.a. nog een D.21 en een T.5 in de brand werden geschoten. De wrakken van de beide D.21's, die vlak voor het platform lagen, werden weggesleept naar de grinthopen van de nieuwe hangar. Dat ging nogal makkelijk. De romp werd in 2 stukken gezaagd en de rest werd bij elkaar geveegd op lekbakken. Om een uur of 11.00 werd weer een aanval gedaan, door een paar grote Duitse kisten, waarbij hangar zuid in brand werd geschoten. Even tevoren was ik in de hangar geweest die toen al doorzeefd was met kogelga ten. Mijn kamer lag vol kalk en in de kleerkast was de achterwand kapot, vermoedelijk door een granaat die in de fotografie was ingeslagen. Ik haalde het doosje revolverpatronen uit m'n koffertje, maar moest toen meteen naar een schuilplaats (die naast de artillerie lag) omdat er luchtalarm werd gegeven. De hangar brand de als een fakkel toen we uit de schuilplaats mochten om de brand te blussen. Ik heb nog geholpen bij het uitleggen van de slangen om althans de woonverblijven te sparen. Jammer genoeg was ik zo vervuld van het blussen van de brand dat ik er geen moment over gepiekerd heb om m'n eigendommen uit m'n kamer te red den, waarvoor ik nog wel gelegenheid gehad zou hebben. Pas uren later schoot me te binnen dat m'n spullen verbrand waren. Al heel gauw bleek dat de brand niet te blussen was. Aan de voorkant was de hangar niet te benaderen omdat daar de exploderende munitie van een D.21 die in de hangar stond, rondvloog. Af en toe vlogen geweldige steekvlammen omhoog o.a. van de benzinetanks van de D.21, van een C.9, de oude Buick-auto en van de ben zinewagentjes. Op een gegeven moment ontplofte er zoveel en vlogen zoveel brokken in het rond, dat het blus sen van de puinhoop moest worden gestaakt. Toen de zaak zo'n beetje was afgebrand kwam 10

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Nieuwsbrief Militaire Luchtvaart Museum | 1997 | | pagina 10