Lease Harvards van Training Command af te
stoten. Dat plan vond uiteindelijk geen door
gang en was zodoende ook deze kans op ver
werving van goedkope Harvards verkeken1''.
Vele maanden later, om precies te zijn op 20
februari 1948, meldde de Minister van
Overzeese Gebiedsdelen zijn ambtgenoten van
"Marine" en "Oorlog", "dat tot aankoop van de
voor Nederlands Oost-Indië bestemde Harvards
in Canada was besloten". Dank zij een besluit
van de Amerikaanse regering om de aldaar in
depot gehouden en door Noorduyn indertijd in
licentie gebouwde AT-16 trainers vrij te geven,
kon het Indische gouvernement veertig toestel
len uit deze oorlogsvoorraden aankopen20. Van
dit aantal gingen twee toestellen onderweg tij
dens de verscheping naar Java verloren. Vanaf
augustus 1948 beschikte de ML/KNIL dus uit
eindelijk over 38 toestellen, die voorzien van de
registraties B-401 t/m B-438 bestemd werden
voor de Vliegschool Kalidjati21. Helaas kon
slechts een bescheiden voorraad aan reserve
onderdelen voor deze Indische Harvard-vloot
worden aangekocht. Voor de versterking van de
onderdelenpositie bleef directe hulp uit
Nederland daarom onmisbaar22.
Opdracht tot licentiebouw
Zoals we zagen liet een officieel besluit tol leve
ring van de aanvullende 50 Harvards in de loop
van 1947 nog steeds op zich wachten.
Inmiddels baarde de beschikbare onderdelen-
positie de nodige zorgen bij het Commando
Luchtvaart Opleidingen (C.L.O.) voor wat
betreft de noodzakelijke behoeftenvervulling
aan Harvard-capaciteit. Het Commando voor
zag dan ook op korte termijn stagnaties ontstaan
in de geplande aflevering van gebrevetteerde
vliegers, indien niet snel de nodige maatregelen
zouden worden getroffen inzake de instandhou
ding van het aantal vliegklare Harvards. De
reeds in een vroeger stadium noodzakelijk
geachte aanvulling van 50 toestellen kwam
medio 1947 in een beslissende fase terecht! De
Commandant Legerluchtmacht Nederland
hakte ten slotte de knoop door en gaf de indus
trie in een schrijven d.d. 30 augustus 1947
opdracht voor de bouw van 50 licentie-
Harvards2'. De totale bestelling was begroot op
6.615.000.- exclusief omzetbelasting, hetgeen
neerkwam op een nieuwprijs van 132.300,-
per geleverde Harvard. In deze som waren
bedragen van resp. 600.000,- voor aanschaf
van kalibers en mallen, alsmede circa
400.000,- voor verwerving van de licentiebouw
rechten begrepen. In overleg met "Financiën"
besloot het Ministerie van Economische Zaken
een bedrag van 1,030,000.- beschikbaar te
stellen voor de aankoop van de licentie en de
nodige onderdelen. Het uitvoeren van deze
order bracht voor Fokker een welkome verrui
ming in de werkgelegenheid van in totaal
450.000 manuren24.
Op grond van deze opdracht konden de N.V.
Nederjandsche Vliegtuigenfabrieken "Fokker"
(i.o.) eindelijk aan de slag gaan. Als eerste actie
sloot de fabrieksdirectie op 21 november 1947
een licentie-overeenkomst met North American
Aviation, Inc. af. Dit contract voorzag in de
leverantie van alle bouwtekeningen, specifica
ties, materiaalrequisitions, gereedschapteke
ningen en andere werkdocumenten, benodigd
voor de licentiefabricage van de AT-6F trainer.
Verder verplichtte North American zich alle
benodigde mallen en kalibers te leveren voor de
samenbouw van vleugelmiddenstuk aan de
romp, de vleugelhelften aan de centersectie, de
motorbok aan het brandschot, het complete
staartstuk aan de romp en de vleugeltips aan de
vleugelhelften. Alle genoemde gereedschappen
waren noodzakelijk om complete verwissel baar
heid van belangrijke componenten, vervaardigd
door North American met de door "Fokker"
geassembleerde delen te garanderen. Ook t.a.v.
de opzet van de productie- en assemblagelijn
leverde North American de nodige assistentie.
Voor alle te leveren bouwinformaties bracht
North American in totaal 150,000.- in reke
ning. "Fokker" verplichtte zich voor elke
Harvard, die na afloop van de overeengekomen
licentiebouwserie van 150 stuks zou worden
afgeleverd, een royalty van 1,000.- aan North
19