heeft het museum ook een duidelijk voorlichtende rol. Alleen de onderwerpen waarover wordt voor
gelicht verschillen nogal. Richt de voorlichting zich op de actualiteit van de hedendaagse lucht
macht, het luchtvaartmuseum richt zich primair op de historie van de militaire luchtvaart. Toch zie
ik in de nabije toekomst zeker een rol voor het museum weggelegd om bezoekers te informeren over
de luchtmacht en de Marine Luchtvaart Dienst van nu. Wat ook sterk overeenkomt zijn de mensen.
Zowel bij de voorlichting als in het museum werken professionele mensen, die zeer gemotiveerd
hun werk doen. Wat dat betreft prijs ik me gelukkig, want in zo'n gemotiveerd team werken is alleen
maar prettig. Opvallend is het grote aantal vrijwilligers in het museum. Het enthousiasme en de
vakkundigheid van deze groep is met geen pen te beschrijven. Dankzij de vrije tijd die de vrijwil
ligers steken in het museum kunnen anderen genieten van een mooie historische luchtvaartcollec
tie op het Kamp van Zeist. Ook uw stichting verleent niet te onderschatten steun aan het museum.
De Stichting Vrienden van het Militaire Luchtvaart Museum draagt bij aan de realisatie van de res
tauratie van historische vliegtuigen. Ook voor de luchtvaarthistorie toonaangevende objecten zijn
door uw stichting aangekocht om te worden geëxposeerd in het museum. De stichting runt de muse
umshop 4De Brik', wat op zich al een grote publiekstrekker is, zo heb ik gemerkt in de afgelopen
periode. Ik hoop dat de stichting nog lang het museum steunt".
Het museum verandert
Vaak zien we bij het aantreden van een nieuwe directeur in organisaties een verandering van koers.
Is met de komst van een nieuwe directeur voor het luchtvaartmuseum ook sprake van veranderin
gen? "Laat ik beginnen te stellen", antwoordt Piest, "dat het natuurlijk voor mij onmogelijk is om
een directeur als overste Botma te vervangen. Zijn management capaciteiten, zijn tomeloze inzet voor
het museum, zijn kennis van zaken. Dit zijn maar enkele van zijn vele kwaliteiten, waarmee hij het
museum in de afgelopen negen jaar gebracht heeft waar het nu staat. Ik weet zeker dat ik hem daar
in niet kan evenaren. Wel is er sprake van verandering, maar dat heeft niets met mijn komst te
maken. Bijna een jaar geleden is door de luchtmacht een projectgroep aangesteld. Deze projectgroep
onderzoekt hoe het museum verder kan verzelfstandigen. Dat gebeurt overigens bij alle onderdelen
van de luchtmacht. Verzelfstandiging brengt veranderingen met zich mee. Dit zijn veranderingen op
het gebied van de organisatie, maar ook op het gebied van personeel, financiën en verschillende
andere gebieden. Of de bezoekers iets van de veranderingen merken is nog de vraag. Dit zal geheel
afhankelijk zijn van de financiële steun die het museum krijgt. Mogelijk dat in de toekomst bezoe
kers toegang gaan betalen. In mijn ogen is dat niet onlogisch. Het Militaire Luchtvaart Museum is
nog het enige krijgsmachtgebonden museum dat gratis toegankelijk is. Daartegenover staat wel een
sterke public relations functie van het museum voor de militaire luchtvaart".
F-16 in museumcollectie
"Wat ik nog mis op het Kamp van Zeist is de F-16. Het toestel is weliswaar nog volop in gebruik
bij de luchtmacht en voorlopig nog geen historie, maar de F-16 heeft inmiddels wel in menig con
flict geschiedenis geschreven", antwoordt Piëst op de vraag of hij nog iets mist in de collectie.
"Denk alleen maar aan de Golfoorlog en aan de inzet van Nederlandse F-16's boven Bosnië-
Herzegovina". Half februari gaf het museum onderdak aan een conferentie van de luchtmacht over
de opvolging van de F-16. Onder de vleugels van de B-25 Mitchell spraken vertegenwoordigers van
de Nederlandse vliegtuigindustrie en toeleveringsbedrijven zoals Fokker Aircraft Services, Stork,
Daf Special Products, NLR en vele anderen met de staatssecretaris van Defensie, de heer Gmelich
Meijling en vertegenwoordigers van de luchtmachtleiding. "Een mooiere ambiance kun je toch niet
6