Het voorste gedeelte van de cockpitkap van de op 5 meter diepte liggende P-40.
geblazen". Pas daarna was het vliegtuig redelijk
goed van zeer dichtbij te inspecteren en kon er
ook wat meer licht tot de bodem van het meer
doordringen.
Vanzelfsprekend waren de verwachtingen hoog
gespannen en kon ik eigenlijk niet wachten de
Kittyhawk van nabij te bekijken. Uitgerekend
op dat moment rezen er moeilijkheden met de
Indonesische autoriteiten over de papieren die
wij bij ons hadden en moest ik mij veelvuldig en
langdurig onderwerpen aan "ophelderende"
gesprekken met de verschillende functionaris
sen. Maar uiteindelijk brak ook voor mij het
ogenblik aan dat ik het vliegtuig, dat voor mij
tot aan dat moment slechts op papier had
bestaan, ook met eigen ogen kon aanschouwen
en kon aanraken!
De afdaling naar de bodem van het meer was als
een langzame overgang naar een andere wereld:
het getemperde, groenige licht, de wuivende
waterplanten om je heen, de rondzwemmende
vissen, de afwezigheid van kleuren, het gegor-
gel en geblaas van je ademautomaat, het tot 1 a
2 meter afnemende zicht en dan komt ineens de
Kittyhawk in zicht. Het eerste dat zichtbaar
wordt, is het bijna melkwitte windscreen met
daarachter het geraamte van de canopy. Direct
daaronder het open, donkere gat van de cockpit,
waarvan het dak is verdwenen. In de cockpit
wordt in het licht van de onderwaterlamp niet
alleen een veelheid van kabels, slangetjes en
leidingen zichtbaar, maar ook een aantal bedie
ningsorganen met veelal nog goed leesbare
opschriften en cijferindicaties: rudder en eleva
tor trimming tab controls, throttle, bomb release
control, cabin control handle, etc. De stuur-
8