De Avenger speelde aan boord van de grote 'fleetcarriers' in de strijd in het Verre Oosten een indrukwekkende rol. Hij was daar nagenoeg op elk strijdtoneel in actie als verkenner, bom menwerper, of torpedodrager. Hij vond boven dien ook menig vliegdek van escortecarriers om ondermeer bij landingen van troepen luchtsteun te verlenen en met succes onderzeeboten te bestrijden. Een bijzondere versie werd de Airborn Early Warning (AEW) Avenger, die aan het eind van de oorlog, uitgerust met een grote radar APS 20 onder de romp, ook wel 'guppy' genoemd, in staat was vroeg lucht- en zeewaarschuwing te geven. Ook kwamen Avengers bij de vloot, die ontdaan van hun apparatuur en voorzien van zeven stoe len werden ingezet voor passagiers- en goederen vervoer tussen de carriers onderling of vervoer van en naar de wal, z.g. Carriers On Board. Aan het einde van WOU waren 9836 Avengers in diverse versies van de productielijn gekomen. Hun diensttijd was daarna niet afgelopen, zoals verderop valt te lezen. Fleet Air Arm en Avengers De Britten hadden een enigszins vergelijkbaar vliegtuig in de Fairey Barracuda duik- en tor pedobommenwerper. die echter magere presta ties had, zeer veel onderhoud vroeg en heel wat mankementen bleef tonen. Dat was de reden dat de Fleet Air Arm sedert augustus 1942 de beschikking kreeg over Avengers, die bij de Roval Navy tot 1944 eerst met de naam Tarpon (vissoort) moesten doorgaan. Die konden dan wel niet ingezet worden als pure duikbommenwerper, een taak die steeds meer werd overgenomen door jachtvliegtuigen als de Corsair en Hellcat, maar de veelzijdigheid en betrouwbaarheid van de Avenger werd in de Fleet Air Arm luide toege juicht. 787 toestellen in diverse versies werden voor diverse taken operationeel ingezet. Zij waren als U-bootbestrijder een groot succes. Toen de Eastern Fleet met de vliegkampsche pen HMS ILLUSTRIOUS en de USS SARATO GA op 19 april 1944 doelen op Sumatra bom bardeerden, bleken de Barracudas van de ILLUSTRIOUS weinig vliegklaar en operatio neel een flop. Die werden op korte termijn inge ruild voor Amerikaanse Avengers die op Ceylon in reserve stonden. In alle haast werden de bemanningen omgeschoold en werden de opera ties op 17 mei 1944 met als doel de olieraffina derij te Soerabaja op Java met succes uitge voerd. Aldus zagen ook Britse Avengers daarna actie tegen andere Japanse doelen, zeker toen de British Pacific Fleet onder commando van de Amerikanen kwam en o.m. Okinawa en andere Japanse doelen onder handen nam. Een verdere bestelling van 126 werd vanwege het einde van de oorlog in de Pacific in augus tus 1945. afgezegd. De Avenger blijft in dienst De Avenger zag na de oorlog dienst, niet alleen bij de Amerikaanse Marine en de Fleet Air Arm, doch ook bij diverse andere marines met lichte vliegkampschepen zowel in de AEW ver sie (ook wel Warner of Hunter genoemd) en als onderzeebootbestrijder (Killer of Attacker). Daarbij vormde dit tweetal een koppel, de Warner om met zijn 'kinnebak' radar APS-20 onderzeeboten op te sporen en de Killer om een gevonden onderzeeboot met diverse middelen (radar, sonoboeien, dieptebommen, toipedo of raketten) aan te vallen. De 'Attacker' had nog het uiterlijk van de in de oorlog gebruikte Avengers. Dat de 'hunter' tevens kon worden ingezet als vooruitgeschoven radarpost om mogelijke vijandelijke vliegtuigen en opper vlakteschepen vroegtijdig te verkennen gaf een extra voordeel. In de VS werd intussen een aantal Avengers voor enige jaren gebruikt als waterbombers' bij het bestrijden van bosbranden. De Avenger bij de Koninklijke Marine Al in begin jaren vijftig werden onze marine vliegers bij de USNavy opgeleid op Avengers, 21

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Nieuwsbrief Militaire Luchtvaart Museum | 2000 | | pagina 21