geplaatst waar ze na lang aandringen ook twee- motorige vliegtuigen mocht besturen. Ook vloog ze hier op de Fairey Swordfish lorpedobommen- werper. Tussen 18 mei 1943 en 30 september 1945 maakte Van Zanten in totaal 583 vlieguren bij de ATA. Voor haar vliegacliviteiten tijdens de oorlogsjaren werd zij in februari 1948 in Nederland onderscheiden met hel Vliegerkruis. Zij is daarmee de enige vrouw die deze medail le kreeg opgespeld.32 Naoorlogse jaren Na het einde van de Tweede Wereldoorlog, bleef Ida van Zanten nog enige tijd in Groot- Brittannië. Ze gaf instructie aan Air Cadets van hel Air Training Corps (ATC). het 'jeugdcorps' en in zekere zin ook het personeelsreservoir van de RAF. Ook hield zij zich in Yorkshire bezig met hel zweefvliegen, de tak van de vliegerij waar zij haar hart het meest aan had verpand. In 1946 voegde ze een nieuw hoofdstuk aan haar vliegerloopbaan toe. Eerder had ze de Brit Douglas Bruce leren kennen. Deze had, toen Ida van Zanten hem ontmoette, nog slechts 40 vlieguren op zijn naam staan. De Hillegomse bracht hem de nodige vliegervaring bij en werd bovendien compagnon in zijn luchtvaartbedrijf je. Aero Travel Service. Zij kreeg daarop het verzoek een Miles M37 Aerovan met de regis tratie G-AIDJ naar Zuid-Afrika te vliegen. De Aerovan was een klein, tweemotorig vliegtuig voorzien van twee 150 pk Cirrus krachtbronnen. Van Zanten vervoerde zeven passagiers tijdens de 13.000 kilometerlange reis. De vlucht werd geheel 'op zicht* afgelegd. Aan boord bevonden zich geen radio of andere communicatiemidde len. Bovendien was de vliegreis in feite illegaal omdat de Nederlandse vrouw niet in het bezit was van het vereiste B-brevet. Bruce zelf verge zelde Van Zanten met een éénmotorige Auster. Op 14 oktober 1946 vertrokken beide vliegtui gen vanaf Croydon richting Frankrijk. In vele etappes voerde de reis verder via onder meer Italië, Egypte, Soedan en Rhodesië naar Zuid- Afrika. Eenmaal moest op de heenweg wegens sterke tegenwind en brandstofgebrek een nood landing worden gemaakt op een landingsstripje in Tanzania. In het luchtvaartmagazine Avia konden luchtvaartenthousiastelingen over dit 'Kuifje in Afrika'-avontuur lezen: Op de kaart stond een noodlandingsterrein aangegeven, maar van een vliegveld, wind zak of hangar viel niets le ontdekken, 't Was midden in de bergen, op 6000 voel hoogte. Heel vaag werd ik op den grond nog een soort cirkel gewaar. Na verschillende 'dummy'-landingen te hebben gemaakt, pootte ik de machine neer. De Auster volg de. We bleken geluk te hebben gehad en te zijn neergekomen nel op het stuk van 'n 300 meter lang, waar geen scheuren in den grond zalen en geen mierenhopen lagen. En wat voor hopen. Ze zijn het werk van witte mieren en soms meters hoog. Vanuit de lucht waren ze niet zichtbaar geweest. In minder dan geen tijd kwamen van alle kanten negers toestromen, 'n pracht soort men- schen. Vermakelijk was, dat als de aile rons van ons vliegtuig in den wind klapper den, de negers verschrikt achteruit stoven; dat spookachtige gedoe vertrouwden ze maar half. Met behulp van de speren, de lenden doekjes en halsdoeken van de negers werd een landingsbaan uitgezet, en 's middags om 2 uur, op het heetst van de dag. gingen we weer de lucht in, de 'Aerovan' met 1200 lbs gewicht aan boord. Binnen 500 yards waren we los. Maar stijgen? Het scheen me toe alsof hel met millimeters ging. Pfff.33 Uiteindelijk arriveerden beide vliegtuigen op 19 november 1946 in Johannesburg. 'Het was weer echt Ida. Er niet over praten maar doen", meldde de vaderlandse luchtvaartpers.34 Vanuil Zuid-Rhodesië werden vervolgens verschillen de passagiersvluchten gerealiseerd, onder meer met twee fotografen van Lifeterwijl begin 1947 de Miles Aerovan ook nog enkele malen als ambulance-vliegtuig werd ingezet. In het voor jaar van hetzelfde jaar aanvaardden Bruce en 19

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Nieuwsbrief Militaire Luchtvaart Museum | 2001 | | pagina 19