mmm
m
ft
Hoewel de Fransen met mooie voorstellen aandron
gen op hun Atlantic NG te wachten, en menigeen
daarvoor vreesde, indachtig het eerdere Atlantic-
gebeuren en de gewraakte plannen van de minister,
werd eerder en wel op 8 december 1978 beslist 13 P-
3C Orion Update II te verwerven. De Marine en in
het bijzonder de MLD leefden op. Het hadden er 15
moeten zijn, doch er was een vlieg- en tactische
simulator nodig en voorts werd een groot bedrag
besteed voor het aanpassen aan de Orion van het
marinevliegkamp Valkenburg. Vergeleken met de
verwerving van de Neptune in 1960, werd op het
totaal benodigde Orion-pakket minder beknibbeld.
Aldus verwierf de MLD vanaf 1981 13 waarlijk vlie
gende fregatten, die soepel bij de MLD in dienst
kwamen.
De zes overgebleven
Atlantics werden aan
Frankrijk verkocht.
Enkelen werden
doorverkocht aan
Pakistan. Hier de '258'
in kleuren van de
Franse Aeronavale.
Nabeschouwi ng
Het Atlantic-project kan zondermeer een uniek pro
ject worden genoemd. Het kwam echter met moeite
tot stand, doordat het met diverse culturen en visies
te doen kreeg. Het is dank zij de marineman René
Bloch van de grond gekomen. Hij paarde niet alleen
technische kennis, maar ook talenkennis, aan zijn
groot organisatie talent. Als Fransman poogde hij
immer de Franse opvattingen aan die van andere
deelnemers te toetsen en waar nodig te temperen.
Hij was een Europeaan met een Atlantische visie. En
dat hij grote talenten had, bewees hij later bij het
Frans-Britse Concorde-project, toen dat dreigde te
mislukken. Ook zijn inbreng en sturing van het
Europese Ariane raketproject mag niet onvermeld
blijven.
Hij werd niet voor niets vice-admiraal en mag gerust
tot één van de grootsten in de Europese luchtvaart
worden genoemd.
Het Atlantic-project kwam wat vroeg. De samenbin
ding van de gebruikerslanden ging met moeite.
De Duitsers leefden in zekere zin nog in de oorlog.
Zij steunden gaarne op Nederlandse ervaring en die
van anderen. Hun marineluchtvaartdienst was nog
niet helemaal van de grond gekomen.
Dat de Duitsers aan het project hun medewerking
gaven, moet ook worden gezien als hun kans om
niet opgesloten te worden in de Oostzee. Enige
NAVO-landen, waaronder Nederland, hielden een
Duitse inbreng boven groter water lang tegen. Wat
onze marineleiding betreft, zou het de positie van
onze Marine kunnen schaden. Een Duitse inbreng
zou immers bij politici kunnen worden opgevat dat
dan een kleinere bijdrage van de KM mogelijk was.
In die jaren vijftig en lang erna waren er namelijk
politieke krachten in het spel, helaas ook van land
en luchtmacht om van onze Marine een kustmarine
te maken.
De Italianen zaten eigenlijk ook nog met een oor
logsverleden, toen luchtmacht en marine, ook in
acties, eikaars rivalen bleven en er te continentaal
werd gedacht.
Het is jammer dat de Britten niet volledig actiefin
het project bleven. Zij hadden grote operationele
ervaring en waren op technologisch gebied in
Europa een slag verder. Zou het A.V. Roe vliegtuig
zijn gekozen, dan zou het project wat soepeler op