De Curtiss Wright CW-21 Interceptor in China en Ned. Indie Gerard Casius Het prototype van de CW-21 met experi mentele burgerregis tratie NX19431. foto: Smithsonian Institution via Gerard Casius. In de verwoede pogingen om Nederlands Indië te voorzien van een afdoende luchtverdediging voor de Japanse aanval eind 1941 losbarst te, leek de Curtiss Interceptor een prachtige aanwinst. Deze lichtge wicht jager had een fenomenale stijgsnelheid en maakte een indruk van onoverwinnelijkheid. Helaas maakte de praktijk van de oorlog korte metten met het ranke, maar veel te licht gebouwde toestel. Als gevolg van verschillende overnames verwierf de beroemde Curtiss Wright Company een fabriek in St. Louis, Missouri, die als de St.Louis Airplane Division een vrij onafhankelijk bestaan leidde. Onder leiding van technisch directeur George Page kon een aantal baanbrekende vliegtuigontwerpen worden geproduceerd, waaronder, gesponsord het US Bureau of Air Commerce, in 1935 een geheel metalen tweezitter laagdekker met een Lambert ster motor, de CW-19L, bedoeld als privévliegtuig. Het was een prachtige machine, door de zware economi sche crisis van die tijd was er nauwelijks een markt voor. In januari 1937 verscheen de A-19R, een militaire trainerversie, aangedreven door een 420 hp (313 kW) Wright R-975-E3. Dit toestel werd gedemonstreerd voor de US Army Air Force (USAAF), Mexico en de Dominicaanse Republiek. De USAAF oordeelde nogal negatief over de machine, vooral wegens de vrij abrupte stall-eigenschappen en neiging tot ground- looping, maar er werd een aantal verkocht aan China, Cuba, Bolivia en Ecuador. Niettegenstaande enkele negatieve eigenschappen, blonk de CW-19 vooral uit door een goede stijgsnelheid. Met de 420 hp Wright motor klom hij met 1890 ft/minuut (bijna 10 m/sec). Niet verbazingwekkend dus, dat George Page spoedig begon te denken aan een jager versie. 21

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Spinner | 2001 | | pagina 21