Een lichtgewicht jager
Volgens Page was het beste verdedigingsmiddel
tegen bommenwerperaanvallen een lichtgewicht
onderscheppingjager met zeer grote stijgsnelheid.
Zo'n toestel kon met een minimum aan waarschu
wing de aanvallers bereiken en indien er een jage
rescorte meevloog, dan kon dit altijd worden ontwe
ken door snel weg te klimmen en daarna opnieuw
in een duikvlucht de bommenwerpers aan te vallen.
Zo'n jachtvliegtuig behoorde dus niet een kringen
gevecht aan te gaan, en hoefde niet geschikt te zijn
voor grondaanvallen, maar moest in de eerste plaats
bommenwerpers aanvallen. Er was dan geen behoef
te aan zware bepantsering, bommenrekken en der
gelijke, en dit was precies het tegenovergestelde van
de toen gangbare jagertactiek van het Amerikaanse
leger. In 1938 begon hoofdingenieur Willens Welles
met het ontwerp van zo'n lichtgewicht interceptor,
de CW-21. Vergeleken met de CW-19 werden de vleu
gel en staartvlakken versterkt en er kwam een ach
terwaarts onder de vleugel optrekbaar landingsge
stel. Als motor werd de 1000 hap (745 kW) Wright
Cyclonen R-1820-G5 gebruikt, de bewapening was
twee 0.50 inch (12.7 mm) en twee 0.30 inch (7.7mm)
mitrailleurs. Alles werd opgeofferd aan een zo laag
mogelijk gewicht en het leeggewicht van de CW-21
was slechts 3050 labs (1385 kg). De stijgsnelheid
bleek een fenomenale 4800 ft/min. (24.4 m/sec) te
zijn. Curtiss Wright adverteerde de CW-21 dan ook
trots als de 'mile-a-minute Interceptor'. Ter vergelij
king: Curtiss' P-40A jager, gebouwd voor de USAAF,
klom minder dan 3000 ft/min en had dan ook een
77% hoger leeggewicht.
Het prototype van de CW-21 (c/n 21-1) maakte zijn
eerste vlucht op 22 september 1938 met de civiele
registratie NX19431. De eerste potentiële klant was
China, al jaren een goede afnemer en bovendien
bezat Curtiss een groot aandeel in de Central
Aircraft Manufacturing Company (CAMCO) in
Nanking, later verplaatst naar Loiwing bij de
Chinees-Burmaanse grens. Nadat einde 1938 het
invliegprogramma was afgewerkt werd het prototy
pe naar China gestuurd om daar voor de Chinezen
te worden gedemonstreerd. Op 24 januari 1939
kwam de CW-21 per schip aan in Rangoon en werd
op een lichter over de Irawaddy rivier naar Bhamo
gesleept. Daarna ging het per vrachtauto verder en
op 28 februari arriveerde de Interceptor bij de
CAMCO fabriek in Loiwing. Daar werd de machine
geassembleerd, voorzien van Chinese luchtmacht
kentekens en ingevlogen door Curtiss fabrieksvlie-
ger Bob Fausel.
Eindeloos onderhandelen
in China
Gedurende een aantal weken werd de CW-21 door
Fausel gevlogen in schijngevechten met Chinese
Dewoitine 510 en Polikarpov 1-15 en 1-16 jagers,
onder het toeziend oog van de adviseur van de
Chinese luchtmacht. Colonel Claire Chennault, later
beroemd van de Flying Tigers, The demonstration
was very definite proof of the superiority in dogfigh-
ting of the Interceptor over any other airplane in
the world. It impressed everyone, including myself,
schreef Fausel aan zijn baas in Amerika. Curieus,
omdat dogfighting nu juist niet de bedoelde taktiek
van de CW-21 was. De Chinezen wilden 70 sets com
ponenten kopen die in Loiwing zouden worden geas
sembleerd. Al spoedig kwamen er echter moeilijkhe
den, zoals altijd in China. Men vreesde dat de
Interceptor te geavanceerd zou blijken voor China
en de prijs van 70.000 per toestel was ook een han
dicap. De Hongkong en Shanghai Bank, die de koop
zou financieren, begon ongerust te worden over
China's oorlogskansen. Het werd een langdurig
drama van immer wisselende aantallen vliegtuigen
en componenten-sets, nieuwe eisen voor modifica
ties en betalingsproblemen. De Chinese
Aeronautical Commission prees de CW-21 wegens
zijn eenvoudige constructie, terwijl Chinese lucht
machttechnici een 'veto' uitspraken over het toestel
om dezelfde redenen.
Eerste inzet tegen de
Japanners
Curtiss Wright had de hoop al praktisch opgegeven,
maar dankzij de invloed van Chennault werd de
aankoop niet geheel afgeblazen. In mei 1939 stelde
de fabriek in St.Louis een ultimatum. Ze wilden niet
minder dan drie complete toestellen bouwen en de
beslissing moest nu snel vallen. Eindelijk kwam er
een redelijk hard contract uit de bus voor drie com
plete vliegtuigen en 27 sets componenten. De
22