"Vliegkamp 1", het "Mok"-bootje dat vele jaren de verbinding tussen het marinevliegkamp op Texel en de vaste wal onderhield, col. IMH. len in de schuilkelders. Hetzelfde gold voor de offi cieren, voor wie onder de longroom een schuilplaats ter beschikking stond. OMSD 2 Spangenberg verruil de deze kelder overigens niet ongaarne voor de uit- kijkplaats op het dak van de longroom. Van hieruit konden de vijandelijke vliegbewegingen boven het Marsdiep richting Texel uitstekend worden waarge nomen en bijtijds worden doorgepraaid naar de longroom. De capitulatie en verdere consequenties Maandagochtend 13 mei ontving de commandant van "de Mok" opdracht alvast voorbereidende maat regelen voor vernietiging van het kamp te treffen. OMSD Spangenberg werd met de uitvoering van deze maatregelen belast. In verband met het gevaar van ongewenste vernietiging bij mogelijke vijandelij ke bomaanvallen werd besloten de hiertoe benodig de explosieven nog niet op de vereiste lokaties aan te brengen. De volgende ochtend kwam een geheim bericht binnen, dat "een nadere order tot algehele vernietiging van het vliegkamp binnenkort kon wor den verwacht". Hoewel de Stelling Den Helder nog geheel intact was gebleven was kennelijk concentra tie van de beschikbare landmacht- en marinestrijd krachten buiten het eiland Texel geboden. Ondanks de manmoedige verdediging van Kornwerderzand en de Grebbelinie was het menig een bang te moede, dat de Nederlandse strijdkrach ten vroeg of laat voor de Duitse overmacht zouden moeten zwichten. Ook bij officier MSD Spangenberg spookten dergelijke gedachten door het hoofd naar mate de ongelijke strijd zich van dag tot dag zonder enige geallieerde hulp ten nadele van de Nederlandse weerstand verliep. Als ons land zou moeten capituleren, dan was de consequentie voor hem en alle andere beroepsmilitairen in ieder geval 17

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Spinner | 2001 | | pagina 17