een uitzichtloze krijgsgevangenschap. "Moet ik dan blijven of ga ik weg?" was dan ook al spoedig voor hem een pijnlijk dilemma. Na ampele afweging besloot hij ten slotte alles in het werk te stellen om naar Engeland uit te wijken en daar de strijd voort te zetten. Meteen kwam daarbij de welhaast onoplos bare kwestie hoe hij dit plan dan zou moeten verwe zenlijken! De geïsoleerde ligging van het marine vliegkamp. waar nu geen enkel watervliegtuig meer beschikbaar was. bood weinig of geen mogelijkheid voor het volvoeren van een vluchtpoging. Wat hem in feite overbleef was uit te wijken per vissersboot of een andere scheepsgelegenheid. Op zijn verdere zoektocht naar deze laatste toch wel risicovolle mogelijkheid moest Spangenberg de nodi ge teleurstellingen incasseren. "Voor het verkrijgen van een boot heb ik mij in eerste instantie tot een Texelvaarder gewend", zou Spangenberg veel later in zijn memoires over deze angstige oorlogsperiode op "de Mok" schrijven. De bewuste schipper antwoord de hem kort en krachtig, dat hij wel genegen was hem naar Antwerpen te brengen, maar "Engeland was effe té ver!" Vervolgens klampte hij schipper Dekker van de rijnaak "Nelie Anna" aan met dezelf de vraag. "Als ik wat jonger was. dan zou ik onmid dellijk met U meegaan" was het antwoord van Dekker. Wat hem als enig vluchtmiddel op "de Mok" over bleef, was één van de twee op het vliegkamp gesta tioneerde ambulance-raceboten voor zijn doel te gebruiken. Aangezien hij geen enkele bevoegdheid inzake het beheer en het gebruik van deze snelle dubbelschroefs-motorboten bezat, moest hij via min der formele manieren trachten dit vaartuig voor zijn uitwijkpoging te requireren. Probleem was evenwel, dat hij moeilijk in zijn eentje met deze M.73 de oversteek kon volbrengen! Het was daarom zaak dat hij zo spoedig mogelijk zich hierbij van de steun van collega-officieren kon verzekeren. Het was voor Spangenberg wederom een grote teleurstelling, dat niemand in de longroom iets in zijn uitwijk plannen zag. De een was net verloofd, de tweede vroeg hem of de brandstofvoorraad aan boord wel voldoende was voor een dergelijke oversteek en nummer drie vond zo'n vaartocht véél te gevaarlijk. Ondanks alle ontvangen negatieve reacties bleef Spangenberg stug volharden in zijn besluit hoe dan ook "de Mok" te verlaten vóór de naar zijn mening onafwendbare algehele capitulatie een feit zou zijn. De collegiale opmerking inzake de brandstofvoor raad stelde hem voor een nieuw probleem. De benzi neverstrekking was op "de Mok" via een bonnensys teem nogal streng gereglementeerd. Pas na de goed keuring van bevoegd gezag kon een afgemeten hoe veelheid in de tanks aan boord worden overge pompt. Spangenberg kon moeilijk het doel van zijn reis meedelen, wanneer hem de vraag zou worden gesteld waarvoor al die benzine wel nodig was! Onverwacht meeliggers Inmiddels was het Spangenberg opgevallen, dat nog anderen ineens een ongewoon grote belangstelling voor de raceboot M.73 aan de dag legden. Speciaal een groep van zeven leerlingen-onderofficier-vlieger vergezeld van een jonge officier-vlieger. Jaap Weber genaamd, waren zo gezegd niet weg te slaan uit de buurt van het insteekhaventje, waar dit vaartuig lag. Spangenberg kende uiteraard Weber vanuit de long- room en had zijn metgezellen al tijdens de eerste oorlogsdagen bij de inderhaast geplaatste mitrailleu- 18

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Spinner | 2001 | | pagina 18