werkelijk ingelijfd. Eind 1952 werd de behoefte aan vrouwelijke militairen nog vastgesteld op 800. Dat aantal werd bij lange na niet gehaald. Eind jaren '60 omvatte de Luchtmacht vrouwenafdeling circa 300 vrouwelijke militairen met een volledig contract. Daarnaast bestond er bovendien een forse groep van enkele honderden parttimers, ook wel 'reserve Luva's' genoemd. Deze laatste groep was ingedeeld bij het reserve personeel en had zich verbonden om - in de nabijheid van hun woonplaats - voor oefeningen en in oorlogstijd doorlopend, in mili taire dienst te komen. Luva-squad rons De vrouwelijke luchtmachtmilitairen, onderge bracht bij verschillende Luva-squad rons, werden aanvankelijk geconcentreerd rondom een aantal Luvakampen, zoals in Apeldoorn, Zeist en op de Vliegbasis Ypenburg. Later, toen de mogelijkheden om 'uitwonend' te worden toenamen, werden de 25 Luva's achter de plottafel van het Korps Luchtwachtdienst te Leeuwarden omstreeks 1965. Aan de piottafel werden de posities van vliegtuigen op de kaart geprojecteerd. De gevechtleiders gaven de plotsters door waar de vliegtuigen zich bevonden, foto: SLH Luva's op praktisch ieder luchtmachtonderdeel geplaatst. Op verschillende locaties bleven evenwel aparte onderkomens en voorzieningen voor de, vaak jongere, inwonende Luva's, zoals in Apeldoorn op de Van Haeftenkazerne en te Zeist op Luvakamp 'Blikkenburg'. De opleiding van de Luva's vond - al naar gelang het fiinctiegebied - op tal van locaties plaats. In de loop der tijd werden Luva's onder meer opgeleid in Appingedam, Kijkduin, Den Haag, Driebergen, Breda (officiersopleiding), Leeuwarden, Nieuw Milligen, Gilze-Rijen, Schaarsbergen en Wassenaar. Van ontslag tot kraamvisite Lang bleven de carrièreperspectieven voor Luva's beperkt. Een eerste en belangrijke stap naar algehele integratie vormde het opheffen van de functie van commandant Luva op 1 april 1959. Op diezelfde datum werd de functie van Chef Luchtmacht vrouwenafdeling in het leven geroepen met als taak de algemene belangen van vrouwelijke militairen binnen de KLu te bewaken. Vanuit het korps en door de Chef Luva, een functie die vanaf 1966 door een vrouwelijke militair met de rang van luitenant kolonel werd bekleed, werd reeds spoedig gestreefd naar volledige integratie en emancipatie van de vrouwelijke militair binnen de Koninklijke Luchtmacht. Vanaf het einde van de jaren '60 werd op dat gebied belangrijke vooruitgang geboekt. Rechtspositioneel werden de verschillen tussen man nen en vrouwen na verloop van tijd rechtgetrokken. Het Verdrag van New York (1971) betreffende de poli tieke rechten van de vrouw impliceerde een door braak voor de positie van vrouwen bij de krijgs macht. Vanaf begin jaren '70 gold een zwangerschap of een echtverbintenis van een Luva niet meer als een dwingende reden tot ontslag. Zo kon het gebeuren dat de commandant van het Luva Squadron Zeist in februari 1972 voor het eerst bij

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Spinner | 2002 | | pagina 25