Door alle deelnemende vliegtuigbemanningen werd
beslist niet volgens dienstrooster gevlogen. Zij ble
ven urenlang hulp bieden waar die nodig was, tot
zelfs in de donkere uurtjes. Vliegtuigsquadron 320
assisteerde, aanvankelijk met vier en vanaf 3 febru
ari met zes vlieggerede Harpoons voor o.m. het con
tinu onderhouden van de noodzakelijke verbindin
gen met het OSRD-centrum op Valkenburg. Met de
Mitchells van VSQ8 werden in totaal 46 vluchten
naar het rampgebied uitgevoerd met een totaal van
72 uur. De Sea Otters van hetzelfde squadron vlogen
21 "sorties" met een totaal van 34% uren. De
Sikorsky S.51 helikopter, afwisselend gevlogen door
twee marinevliegers, maakte 22 vluchten met een
totaal van 61,45 uren. Vliegtuigsquadron 5, uitge
rust met slechts twee Oxfords en twee Austers, liet
zich evenmin onbetuigd. De Oxfords R-2 en R-3 accu
muleerden tijdens 69 vluchten in totaal 83,05 uren.
Op 4 februari nam de bemanning van de R-3 het
afwerpen van 600 zandzakken voor haar rekening!
Beide Austers vlogen gedurende de hele rampweek
16 "sorties" met totaal 13,35 uren. Het grondperso
neel heeft om al die vluchten mogelijk te maken
zonder meer uitmuntend werk verricht. "Dag en nacht
hebben ze geploeterd om te zorgen, dat de kisten steeds
startklaar stonden. Er mankeerde niets aan. Nooit heb ik de
mannen van de gronddienst met meer ijver aan t werk
gezien dan in deze spannende dagen", aldus LTZV Bom.
Op zijn laatste vlucht zag hij tydens het uitgooien
van zandzakken boven Noord-Gouwe op Schouwen
tot zijn ontzetting dat er opnieuw drie grote gaten in
de dijk ontstonden. Deze dijkbreuk speelde zich af
terwijl de bewoners druk doende waren net uitge
worpen zandzakken op te stapelen. Al hun moeite
was vergeefs. Haastig spoedden zij zich naar een paar
vrachtauto's om het vee van laaggelegen boerderijen
naar hogere plaatsen te drijven.
"De gedupeerden werkten zelf voortreffelijk mee om de drop
pings te doen slagen", aldus wederom onze Mitchell-
vlieger. Vit eigen beweging markeerden zij de daarvoor
bestemde plaatsen met lakens, lappen of vlaggen. Vaak wer
den er op de grond met uit kunstmest of jutezakken gevorm
de letters aanwijzingen gegeven. Zo las ik opschriften als
"Drop hier" - "Zender nodig" - "Dringend medicamenten" -
"Rubberboten" - "Rubberpakken". Die pakken hadden ze
nodig om door het water te kunnen waden".
Gedurende de eerste dag, toen nog geen helikopters
aan het reddingwerk deelnamen, hebben de Sea
Otters uitzonderlijke prestaties geleverd. In de loop
van die 2e februari haalden de bemanningen in een
onder water gelopen polder tussen Oude en Nieuwe
Tonge 27 personen uit bedreigde huizen en brachten
die in veiligheid. In de meeste gevallen werden de in
nood verkerende mensen naar droog gebied
getaxied; gewonden werden naar Valkenburg overge
bracht. Toen de L-3 een door hoge bomen omringde
ondergelopen boerderij niet kon bereiken, werd via
het "link"-vliegtuig de assistentie van de S-51 heli
kopter ingeroepen. Na slechts enkele minuten was
die ter plaatse. De bedreigde bewoners konden wor
den gered, evenals die van een verderop gelegen
boerderij die op instorten stond. Omgekeerd verleen
de de S-51 assistentie door Sea Otter L-l naar een huis
te dirigeren om twee zieken af te halen. Op 3 febru
ari kwamen twee Sea Otters in actie bij het gewonden-
vervoer uit de Vierbannen-polder naar Valkenburg.
Op 4 februari was het water inmiddels zo ver gezakt,
dat verdere inzet van de Sea Otters niet langer verant
woord was. Ze werden daarna uitsluitend gebruikt
voor het droppen van goederen.
11