ViJftig De Sud Aviation Alouette III, in dienst getreden in 1964 en nog steeds vlie gen er enkele. jaar het transportgezicht van de KLu blijven. Het tijdperk van de supersonische vliegtuigen was inmiddels aangebroken en ook de KLu stond aan de vooravond daarvan. Tezamen met Duitsland. België en Italië werd gekozen voor de Lockheed F-104G Starfighter. In deze vier landen werden tevens pro ductielijnen opgezet, waarbij Fokker een belangrijk aandeel kreeg. De Koninklijke Luchtmacht ontving tussen 1962 en 1965 95 door Fokker gebouwde toe stellen, 25 gebouwd door Fiat en 18 TF-104G tweezit- ters, gebouwd door Lockheed. De Starfighter was geschikt gemaakt voor het vervul len van verschillende taken en verving daarom de Hunter luchtverdedigingjagers, de F-86K-Sabre All- Weather-jagers en de tactische (R)F-84F Thunder- streak en Thunderflash. 306 squadron op Twenthe, de squadrons 322 en 323 op Leeuwarden en de squadrons 311 en 312 op Volkel werden met de Starfighter uitgerust. Vanwege de kosten werden niet alle Thunderstreaks vervangen. 314 en 315 squadron De Lockheed F-104G Starfighter, voor het eerst ging de Klu supersonisch. bleven ermee vliegen tot 1970. Vanaf 1965 werden de Hiller Raven helikopters bij 298, 299 en 300 squadron vervangen door de Sud Aviation SE-3160 Alouette III. Tevens werd bij de SAR de Alouette II vervangen door grote broer Alouette III. Veel rust was de KLu niet gegund. In 1970 was de Thunderstreak aan het eind van zijn latijn en werd vervangen door de in Canada gebouwde Northrop NF-5A. 75 stuks stroomden in bij de squadrons 313 en 315 op Twenthe. 314 op Eindhoven en 316 op Gilze-Rijen. Deze werden aangevuld met 30 Northrop NF-5B's, die tevens de Lockheed T-33 als overgangs trainer vervingen. De zeventigerjaren kende een betrekkelijke rust op het gebied van instroom van nieuw vliegend mate rieel. In 1975/76 ontving de Groep Lichte Vliegtuigen 30 nieuwe helikopters van het type Bölkow Bo-105C. Oorspronkelijk ingestroomd bij de squadrons 298 en 299. ter vervanging van de Piper Super Cub naast de Alouette III, werd vrij snel besloten, beide squadrons met één type helikopter uit te rusten. 298 squadron ging uitsluitend vliegen met de Alouette III en bij 299 squadron werden de Bölkows geconcentreerd. Inmiddels was de Starfighter al weer enige tijd in dienst en gezien het feit dat nieuwe ontwikkelingen steeds meer tijd kosten, moest in 1975 een beslissing over de opvolging worden genomen. In de Verenigde Staten was inmiddels de General Dynamics F-16 gekozen als Air Combat Fighter en de US Air Force had er tegelijkertijd 650 besteld. Nederland besloot, gevolgd door België, Noorwegen en Denemarken, dat ook haar luchtmacht daarmee zou worden uitgerust. In 1979 werden de eerste twee toestellen, een door Fokker gebouwde F-16A en een F-16B afgeleverd op de vliegbasis Leeuwarden. Als eerste squadron ging 12 Koninklijke Luchtmacht

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Spinner | 2003 | | pagina 12