Beleving aan de rand
februari 1953
In de afgelopen maanden heeft men uit diverse
bronnen kennis kunnen nemen van belevenissen van
vele direct betrokkenen bij de Rampoverlevende
getroffenen, hun redders en andere hulpverleners.
Tot geen van deze categorieën mag ik mij rekenen,
ik woonde wel in de gemeente Halsteren, maar niet
in een polder, hoewel nauwelijks boven NAP: aan de
grens met Bergen op Zoom. onder aan het voormalig
"glacis" aan de noordzijde van de lang ontmantelde
vesting |bij h. zie bijgaand kaartje]. En ik was nog
geen 12. maar wel "bezeten" van militaire zaken,
vooral vliegtuigen en andere voer- en vaartuigen (in
die volgorde). Eigen waarneming, tijdschriften en
radio waren de voornaamste mogelijkheden om die
bezetenheid tegemoet te komen en tegelijk te voe
den. De aantrekkingskracht was des te groter als het
"tuig" in een spannende situatie verkeerde. Dat die
situatie dan ook mensen omvatte deed daar niets
aan af.
Storm. Spannend werd het al vóór er sprake was van
enig "tuig": de storm loeide buiten en door alle kie
ren naar binnen, de luiken die op de zolder toegang
gaven tot de rookkanalen klepperden onophoudelijk
boven het geraas uit van de wind in de forse eiken
die langs de straat stonden en waarvan de kruinen
deels boven de huizen uitstaken. Maar. zoals bij een
hevig onweer, na verloop van tijd valt een 11-jarige
wel in slaap. Van de volgende ochtend kan ik mij
geen kerkgang herinneren, hoewel wij trouwe kerk
gangers waren. In de loop van de morgen bleek uit
de radioberichten dat er op veel plaatsen dijken
waren doorgebroken, huizen weggeslagen, mensen
en vee verdronken, enzovoort. Ook dichtbij, in
Halsteren.
Ramptoeristen? Een duidelijk beeld vormen van wat
er aan de hand was uit de radioberichten alléén was
met mijn ervaring niet mogelijk. De kranten en tijd
schriften die we hadden waren zeer terughoudend,
de filmkeuring was streng en de toegangscontrole
bij de bioscoop niet minder. Enkele huizen in onze
straat waren in de oorlog kapot geschoten, het mees
te puin was geruimd, alleen de fundamenten waren
er nog, tekenen van wederopbouw nog weinig. De
toren van onze kerk was opgeblazen met een verge
lijkbaar resultaat, wel véél grotere brokstukken. Ook
de betonnen brug in de buurt was vernield en inge
stort. Eén dode had ik ooit gezien (mijn grootvader,
netjes opgebaard). De enige ernstig gewonde, juist
een jaar geleden, was ik zelf. Gebroken been; geen
bloed of wond te zien zonder spiegel (toen ik tot
bewustzijn was gekomen kreeg ik die niet, noch
vroeg ik er om). Onze buurman maakte ons wel eens
Tholen^y
Nieuwe Molei
grens overspoeld gebied 2
Bergen op Zoom
16
Waterkant
Molenvliet
Slikkenburg
Mosse|hoek