Ambon was een zeer belangrijk strategisch steunpunt en een operatiebasis van zee-, land- en luchtstrijdkrachten in het oostelijk deel van het voormalig Nederlands Indië. Daarom werd op het gebied van luchtoperaties een geallieerd luchtcommando geformeerd, het z.g. Area Combined Headquarters (ACH), waaraan zowel het KNIL1L als de Australische- en Amerikaanse luchtmacht meedeed. De commandopost bevond zich nabij het marinevliegkamp Halong, dat ook deel uitmaakte van dit commando. Otto Ward 22 Een van de eerste Brewster Buffaloes van de ML-KNIL, de B-398. In de uitbreidingsplannen van de ML was ook een aanzienlijke versterking opgenomen voor het opera tiegebied, oostelijk van 120 gr. oosterlengte, met inbegrip van Nederlands Nieuw Guinea, ten noorden begrensd door de Filippijnen en ten zuiden door de Kleine Soenda-eilanden. Deze versterking zou moe ten bestaan uit een aantal groepen jachtvliegtuigen en duikbommenwerpers. De bestelling voor deze toe- De patrouillecommandant, 1e Lt.vl.wnr P.E. Broers. stellen werd pas in 1940 gedaan, maar helaas kon dit ambitieus plan niet tijdig worden gerealiseerd, voor namelijk door tijdgebrek En omdat het accent in het westen en midden van de archipel lag, was de lucht verdediging in "de grote Oost" nihil en ging men over op een z.g. puntverdediging van Ambon, die

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Spinner | 2003 | | pagina 21