ïi
De Sperrykunstmatige horizon.
succes opleverden. Guggenheim was in 1926 verant
woordelijk voor de oprichting van het Fund for the
Promotion of Aeronautics. Onder auspiciën van dit
fonds ontstond op Mitchel Field. N.Y. het Full Flight
Laboratory. Deze "denktank" stond onder leiding van
Professor William G. Brown, afkomstig van het
Massachusetts Institute of Technology (MIT). Voor de
praktische uitvoering van de proeven werd de luite
nant Jimmy Doolittle van het U.S. Army Air Corps
aangetrokken. Het Laboratorium schafte twee vlieg-
Officier der Marine Stoomvaartdienst der 2e klas
H. Woudenberg. De foto dateert van 1927 en werd genomen
in zijn kantoor (met bed!) op het Marine Vliegkamp "de Mok".
Foto: IMH.
tuigen aan. een Consolidated NY-2 schoolvliegtuig -
toen vooral bekend vanwege zijn robuuste construc
tie - en een Vought Corsair 02U-1 marinevliegtuig,
dat speciaal voor het uitvoeren van overlandvluchten
werd bestemd. Bij de NY-2 tweezitstrainer werd de
achterste stuurkuip voorzien van een blindkap, die
als een markies kon worden open en dichtgeklapt.
Op het dashboard werden als proef blindvlieginstru-
menten van divers fabrikaat gemonteerd.
Uiteindelijk bleken de Sperry kunstmatige horizon
en koerstol in combinatie met een Kollsman precisie-
hoogtemeter de beste resultaten te geven. Vervolgens
beproefde Doolittle onder de kap de uitvoering van
bakenlandingen. Uit veiligheidsoverwegingen wer
den deze vluchten aanvankelijk samen met zijn col
lega Lt. Ben Kelsey uitgevoerd. Nadat de nadering
met behulp van een landingsbaken voldoende beoe
fend was, meende Doolittle genoeg ervaring en zelf
vertrouwen te hebben opgebouwd om een volledige
koersvlucht onder de kap te vliegen. In de ochtend
van 24 september 1929 startte hij onder een dikke
mist in de NY-2 vanaf Mitchel Field. Na een driehoek
van 15 mijl met behulp van de aanwezige radioba
kens te hebben afgelegd, werd de NY-2 tien minuten
later volgens de door hem zelf ontwikkelde landings
procedure veilig op de grond gezet. De eerste geheel
onder de blindvliegkap uitgevoerde vlucht, inclusief
start en landing, was een feit geworden!8
Een kunstmatige bochtaan
wijzer van Nederlandse
origine
Het is waarschijnlijk minder bekend dat ook in
Nederland aan de ontwikkeling van een gyrosco-
pische horizon werd gewerkt. De verantwoordelijke
persoon voor dit onderzoek naar een bruikbaar in
strument was de toenmalige Officier van de Marine
Stoomvaartdienst der 2e klas H. Woudenberg. Voor
de uitvoering van langdurige vluchten boven zee had
de Marine Luchtvaartdienst reeds vanaf 1920 de
Drexler bochtaanwijzer in de Van Berkel WB geïntro
duceerd. Om al genoemde redenen bleek de toepas
sing van dit Duitse instrument in de praktijk niet te
voldoen. De aanschaf van de toen moderne Dornier
Wal vliegboten voor de Indische Marine gaf aanlei
ding tot een nieuwe zoektocht naar een bruikbaar
vervangend instrument. Dat diende naast de inge
bouwde dwars- en langshellingsmeter op het instru
mentenbord van de Dorniers te worden gebruikt.
Ook al vanwege plannen betreffende het overvliegen
van drie Wal vliegboten na de fabrieksafievering uit
SttftlY