op deze. voor de nieuwe leerlingen zo bijzondere
dag. Van alle kanten kwam hulp aanrennen, doch er
was helaas niets meer te redden.
Vier joviale levenslustige jonge mensen waren het
slachtoffer en de nog zo jonge luchtvaartafdeling
had vier enthousiaste vliegers te betreuren, vier
enthousiaste kerels die de luchtvaart tot hun beroep
hadden gekozen om iets in de wereld te betekenen.
Iedereen op het vliegkamp en ook daarbuiten was
diep onder de indruk van het droeve gebeuren en
niet in het minst die juist aangekomen leerling-vlie
gers. Het was dan ook volkomen begrijpelijk, dat
enkele van die knapen er meteen genoeg van hadden
en hun koffertje pakten om het vliegkamp voorgoed
te verlaten. De vlaggen gingen voor vier dagen half
stok, het vliegen werd gestaakt en overal werd alleen
over het ongeluk gesproken. Niemand van hen, die
ooggetuige waren van dit ontzettende ongeluk, zal
ooit deze dag, de le november 1918 kunnen verge
ten.
Enige dagen na de begrafenis van de vier slacht
offers, was het in het belang van het gehele lucht-
vaartpersoneel dringend noodzakelijk, hoe moeilijk
het voor velen ook was, het ongeval tot het verleden
te beschouwen en de dagelijkse werkzaamheden
weer op gewone wijze te hervatten. Alles wat vliegen
kon moest de lucht in, maar nu met een speciale
opdracht, om boven en in de onmiddellijke omge
ving van het vliegveld, altijd op de linkerhand te
vliegen.
Op Soesterberg kwamen intussen de nieuwe
Spijkervliegtuigen, welke in de
Spijkerautomobielfabrieken in Amsterdam gemaakt
werden, druppelsgewijs binnen en naarmate die
nieuwe 'Spijkers' binnenkwamen, werden de voor
militaire doeleinden afgekeurde Farmans, met alles
wat daarbij behoorde, overgedragen aan een burger
vliegschool bij Ede, om daar na enige jaren, via een
vliegtuigkerkhof, voor goed te verdwijnen.
De 24 leerling-vliegers van 1 november werden ver
deeld over de aanwezige instructeurs en ik kwam,
zoals ik wel verwacht had, bij mijn oude baas, de
Luitenant van Heijst, die mij de kunst van het vlie
gen wel zou leren. Iedere morgen en middag bij de
aanvang van de dienst, moesten de leerlingen in de
hangar van de instructeur present zijn om, als de
instructeur er werkelijk zin in had, direct te kunnen
lessen, maar 14 dagen lang moesten we horen dat de
instructie niet doorging. Om welke reden is ons
nooit bekend geworden. Eindelijk, het was al half
november geworden, kreeg de instructeur er zin in.
We kregen alle vijf een lesje van een kwartier. Het
was niet om over te brullen, maar de eerste steen
was gelegd. Het was de instructeur bepaald heel
goed bevallen, want hij beloofde ons die middag nog
eens aan de tand te voelen en we kregen er inder
daad nog een kwartier bij. Een half uur per dag, dat
was niet kwaad zo dachten wij, maar de instructeur
dacht er anders over. Wij moesten de eerstvolgende
dagen, met een speciaal voor dat doel ingericht rol-
toestel, roloefeningen over de vlieghei houden. Dat
roltoestel, een afgekeurd Engels oorlogstweedekker-
tje, waarvan alleen de stuurvlakken nog met linnen
bekleed waren, kon middels de 120 PK. motor een
behoorlijke snelheid ontwikkelen. Daar de vleugels
van het roltoestel onbekleed waren, kon het nooit
tijdens het rollen van de grond loskomen. De grote
kunst was nu om met dat apparaat met volle snel
heid in alle richtingen over de vlieghei te rollen en
tevens de staartvlakken, middels het hoogtestuur, op
starthoogte te houden. Voor mij leverde dat rollen
geen moeilijkheden op, want dat had ik al geleerd,
toen ik als mecanicien de vliegtuigen waarvan de
motor was afgeslagen, uit de hei moest gaan halen.
De met het rollen nog onbekend zijnde leerlingen
echter ondervonden, tot grote vreugde van de vele
toeschouwers, nogal wat moeilijkheden bij zo'n rol-
partijtje en het was dan ook een hele eer als er geen
brokken van kwamen. Er waren maar weinigen op
het kamp die deze gratis voorstelling wilden missen
en als het roltoestel naar buiten kwam, ging het als
een lopend vuurtje door het kamp. dat het circus
weer ging beginnen. Door de vele onverwachte en
meestal geheel verkeerde handelingen van de leer
ling roller maakte dat gekke ding soms de onmoge
lijkste sprongen en daarom waren de reparaties aan
dat circuspaard evenredig aan het aantal malen dat
het van stal gehaald werd. Alle voorkomende repara
ties aan het roltoestel moesten door de leerlingen
zelf worden uitgevoerd, dus dat was wel in goede
handen. Bij die reparatiewerkzaamheden wist de een
het veel beter dan de ander, dus kwam er een meca
nicien bij en dan was het zo gebeurd.
Eén leerling die nogal haantje de voorste wilde spe
len, had volgens zijn mening, de motor in het roltoe
stel goed gecontroleerd en bijgesteld. Die motor liep
nu zo geweldig, dat hij met een sneltreinvaart over
het terrein zou rollen. Het was die dag juist een lage
bewolking, dus ideaal voor het circus, reden waarom
de sergeant besloot het resultaat van zijn technische
arbeid direct te demonstreren. Gelijk met het roltoe-
12