V A
w~^v try
Fliegermuseum Altenrhein
Loe baltussen
Museaal belang in het gedrang: Vliegend Museum vaak 'gevlogen'
Bijna op het drielandenpunt tussen Zwitserland, Oostenrijk en Duitsland waar de Oude Rijn
uitmondt in de Bodensee, ligt het dorpje Altenrhein: niet meer dan een paar duizend inwoners, maar
met een rijke historie als het om de luchtvaart gaat. Bekend vanwege de Dornier-Werke die er destijds
waren gevestigd, waaruit later de Flug- und Fahrzeugwerke AG Altenrhein (FFA) zijn ontstaan en
waar momenteel in een sterk afgeslankte organisatie bij de Flugzeugwerke Altenrhein (FWA)
onderdelen worden gemaakt voor de Airbus. Tussen het dorp en de plaatselijke camping ligt het
regionale vliegveld St. Gallen-Altenrhein. Daar is ook het Fliegermuseum Altenrhein (FMA)
gevestigd: een 'vliegend museum' dat in de weekends 's zomers meestal voor een groot deel echt
is 'gevlogen'.
Op 22 juni 1988 maakt een ex-militaire DH-112
Venom van de Zwitserse Luchtmacht zijn doopvlucht
als eerste civiele Zwitserse straaljager. In augustus
daaropvolgend wordt de Venom tijdens een
Internationale Vliegdag aan het publiek voorgevlo-
gen op Altenrhein. Daar wordt dan het idee geboren
voor de oprichting van een 'vliegend museum'. Zes
jaar later is het zover: het FMA wordt officieel geo
pend.
Het Fliegermuseum Altenrhein is ondergebracht in een voor
malige FFA hangar, foto Loe M.M. Baltussen
Doelstelling van het FMA is het museum 'vliegend' te
houden. Het museumbestuur wil daarmee de Oost-
Zwitserse militaire en civiele luchtvaartgeschiedenis
voor een breed publiek levend houden. De regio
heeft een uitstekende naam op vliegtuigbouwkundig
gebied en heeft in dat opzicht toonaangevende tech
nische prestaties geleverd.
Vergane glorie
Het Fliegermuseum is ondergebracht in een voorma
lige productiehangar van de vroegere FFA. De enor
me houten schuifdeuren zijn over de hele lengte van
het immense gebouw aangetast door de tijd. Het is
de prijs voor vergane glorie uit de 50'er jaren toen
hier honderden Vampires en Venoms in licentie zijn
gebouwd. En niet te vergeten: de P-16, de eerste
Zwitserse straaljager waarvan in dezelfde hangar
slechts vijf prototypes zijn gebouwd voordat het pro
ject wordt afgeblazen.
In de grote hal bij de ingang van de hangar is een
balie voor de kaartverkoop opgesteld die ook dient
als vitrine en fungeert als museumshop. Er zijn
ansichtkaarten te koop, wat video's en porseleinen
herinneringsbordjes. De hal wordt ook als briefing-
room gebruikt voor grote groepen bezoekers.
Een groot deel van de eigenlijke tentoonstellingshal
is in beslag genomen door de enige nog vliegende
24