©I
vliegveld en dan een landing. Vervolgens maakten ze
cross-country vluchten en daarna leerden ze nacht-
vliegen en acrobatics. En dan was er het laagvliegen,
dat de meeste enthousiaste leerling-vliegers mateloos
fascineerde.
Ook de Prins vond het laagvliegen onweerstaanbaar.
Hij zat in gedachten niet meer in het langzame
Tigertje met z'n 90 knopen, maar al in een Spitfire
die bijna vijf keer zo snel vloog. Aan het einde van de
elementaire opleiding kreeg de leerling een beoorde
ling, die destijds kon uitvallen als "below average"
(onder het gemiddelde), "average", "above average"
of, een enkele keer "exceptional". De chef-vliegin-
structeur op Hatfield, Wing Commander Clem Pike
A.F.C., gaf de Prins de kwalificatie "exceptional",
maar stelde er ook prompt bij, dat deze leerling zo
"overconfident", overmoedig was, dat hij naar zijn
mening de duizend vlieguren niet zou overleven....
Er zit trouwens nog een vervolg aan dit commentaar
van de Wing Commander. Kort na de oorlog was de
Prins in Engeland en werd hem de gelegenheid gebo
den een vlucht te maken met een Vampire, een van
de eerst Britse straalvliegtuigen. Hij maakte met de
'Vamp' een heel lage pass over Hatfield, waarbij hij
nauwelijks de schoorsteen miste van het dak van zijn
vroegere instructeur. Na de landing op Hatfield belde
hij Clem Pike op en zei: "Hallo, this is Prince
Bemhard speaking. I've got 1800 flying hours now
and I'm still alive..." Pike antwoordde: "After what
you did this morning, you won't live to see 2000..."
Maar ook deze profetie van de instructeur kwam niet
uit.
De Beech PB-1, een eigen
kist
Prins Bernhard werd solo op de Tiger Moth N6919,
voltooide zijn opleiding en kreeg op 24 april 1941
zijn R.A.F.-wing. Namens de Britse Luchtmachtraad,
de Air Council, deelde Staatssecretaris Charles Evans
van het Air Ministry hem op 24 april mee, dat de
Raad hem op grond van zijn vliegprestaties in de
opleiding authoriseerde de vliegerwing te dragen op
het RAF.-uniform.
Het vliegen was hem zo langzamerhand een tweede
natuur geworden en iedereen die hem hierbij had
kunnen gadeslaan, was het erover eens dat hij een
geboren vlieger was. Men kan zich voorstellen wat
het voor de jongens in opleiding in Engeland,
Canada of de Verenigde Staten betekende wanneer
zij werden geïnspecteerd door iemand die blijk gaf
alle knepen van het vak te kennen. Ouderen dwong
hij bewondering af door de ernst waarmee hij zijn
training opvatte, want hij stond er op, alles door te
maken wat ook de 'gewone man' moest doormaken.
Men kan het dan ook als een persoonlijk compli
ment voor zijn prestaties en volharding op dit gebied
beschouwen dat de Nederlanders in Amerika hem op
14 mei 1942 een Beechcraft schonken, de PB-1, een
toestel dat hem trouw heeft gediend tot januari
1945, toen het door een Duits bombardement op het
vliegveld Meisbroek bij Brussel geheel werd vernield.
Een klap, die, ondanks de veel grotere vernielingen
die hij toen dagelijks gadesloeg, toch hard aankwam.
Over de grote plas
In opdracht van Koning George van Engeland werd
de Prins in 1941 benoemd tot Air Commodore van de
Royal Air Force en kreeg hij voorts de functie van
Chief Netherlands Liaison Officer bij de Britse strijd
krachten. Dat was een taak die hem uitstekend lag
en waarbij hij ook heel wat kon vliegen. Zo vloog hij
eens als co-pilot op een viermotorige B-24 Liberator,
die vanuit de Verenigde Staten naar Prestwick in
Schotland moest worden overgevlogen. Het was win
ter en de bemanning moest de lange trip over de bit
terkoude Atlantische Oceaan maken. Ze waren al een
heel eind boven zee toen een van de motoren er de
brui aan gaf. De Prins vloog op dat moment en pro
beerde de propeller in vaanstand te zetten maar dat
lukte niet. Korte tijd daarna voelde hij vibratie in de
stuurknuppel. Alle instrumenten werden gecheckt
maar men kon niets bijzonders vinden. Maar spoedig
daarna hield ook de automatische piloot er mee op.
Uur na uur zaten ze in de cockpit, terwijl de stuuror-
ganen steeds harder begonnen te trillen. Op een
gegeven moment begon de bemanning zich af te vra
gen hoelang de kist deze vibraties nog zou kunnen
doorstaan. Ondanks de bittere kou zaten de twee
vliegers met het klamme zweet in de handen. Toen
dook aan de grijze horizon de kust van Schotland op
en wisten ze dat ze het hadden gehaald. Ze maakten
een veilige landing op Prestwick. De Prins herinnert
zich nog, dat twee van de bemanningsleden zo opge
lucht waren, dat ze het beton kusten. Toen de kist
werd nagekeken, bleek dat er een pijp was gebroken,
waardoor hydraufische vloeistof naar buiten was
gestroomd. Door de slipstroom was dit spul op de
hoogteroeren terechtgekomen en bevroren, waar
door het toestel uit balans raakte.
5