BL0G.36Q Op 10 september 1981 werd de eerste Orion in de VS officieel door Lockheed aan de MLD overgedragen. De P-3C is het derde productietype van de Orion op basis van de civiele Lockheed L-188 Electra, een viermotorig passagierstoestel uit de jaren vijftig. De Nederlandse Orion P-3C-II54 is van het block-type LO-200, model 285E. De II14 versie is te herkennen aan de SRS-antennes onder en op de romp en de plat te Dopplerradar. Het toestel was ontworpen voor het maken van mari tieme afstandspatrouillevluchten boven open water, met als opdracht om vijandelijke vlooteenheden (voor observatie in vredestijd) op te sporen en om daarnaast te speuren naar onderzeeboten die voor het blote oog niet zichtbaar zijn. Hiertoe staan in de Orion diverse hulpmiddelen ter beschikking, zoals sonarboeien en MAD. Tot de standaardbewapening behoren dieptebommen en Mk.48 torpedo's. De MAD (Magnetic Anomality Detector) is een uitbouw achter aan de staart waarmee verstoringen in het aardmag- netische veld (zoals de stalen romp van een onder zeeër) kunnen worden opgespoord. Door de geavan ceerde en gevoelige apparatuur worden de verande ringen in het magnetische veld gedetecteerd, geloka liseerd, gedefinieerd en eventueel uitgeschakeld. Om het personeel tijdens deze lange vluchten te verzorgen is een keuken ingebouwd. Daarnaast is de kist voorzien van slaapplaatsen. De bemanning bestaat uit tien personen: twee vliegers, één boord- 19 C K u

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Spinner | 2005 | | pagina 19