De General Dynamics F-16A bracht de laatste stand van luchtvaarttechniek naar het MLM.
foto: Airview
wonder dat de latere versies van de F-15 alleen als
jachtbommenwerpers werden gebruikt, en dat het
gewicht klom tot 36 ton door alle bommen die onder
de vleugels werden gehangen. De F-15 is nog steeds
een van de werkpaarden van de USAF: het heeft
dienst gedaan boven Kosovo, in de Golfoorlog en
onlangs weer boven Afghanistan. Een betrouwbaar
werkpaard, maar veel te zwaar en ongeschikt voor de
export.
En zo begint het verhaal van de General Dynamics
F-16, evident samen met de Dakota en de Boeing 747
een hoogtepunt in de luchtvaarttechniek. Een 'cli
maxvliegtuig*, zou een bioloog zeggen: de vleugels
van de Concorde, het onderstel van de F-104, de
flying tail van de F-86, de motor geleend van de F-15.
de luchtinlaat van de P-51. de light-weight fighter bij
uitstek van de twintigste eeuw.
In 1972, toen de eerste F-15's uit de fabriek begonnen
te rollen, realiseerde de Amerikaanse luchtmachtstaf
zich dat de laatste generatie gevechtsvliegtuigen veel
te groot, te zwaar en te ingewikkeld was geworden.
Dus werd de ontwikkeling van de Northrop F-5, de
light-weight fighter van de jaren zestig, opnieuw
bestudeerd. Het resultaat was een grootschalig USAF
programma voor de ontwikkeling van de definitieve
Light-weight Fighter. Northrop kreeg natuurlijk een
kans om mee te dingen, maar General Dynamics
won de competitie met het ontwerp van de F-16. De
Fighting Falcon was vanaf het allereerste begin
bedoeld als een exportproduct. Dus wekt het geen
verbazing dat al in 1975 België. Denemarken,
Noorwegen en Nederland zich aansloten bij dit
project. Voor deze landen was de F-16 bedoeld om de
F-104 op te volgen, een geweldige verbetering voor
iedereen die met kennersogen naar de verschillen
tussen de twee vliegtuigen kijkt. Minstens zo belang
rijk is dat General Dynamics, helemaal in de traditie
van de Amerikaanse vliegtuigbouw, geweldig veel
aandacht besteedde aan alle aspecten van assem
blage. onderhoud en reparatie van beschadigde
onderdelen. De F-16 gaat al meer dan vijfentwintig
jaar mee, en lijkt voorbestemd om nog eens vijftien
jaar te dienen, een record dat alleen door de Boeing
747 wordt overtroffen. Falcons wegen 12 ton als ze
deelnemen aan luchtgevechten: voor bombarde-
mentsvluchten mogen ze tot 19 ton beladen worden.
En ze zijn snelle, wendbare verkenners, de ultieme
opvolgers van de Farman.
Hoe zal dit alles verder gaan? De voortdurende com
motie rond de Joint Strike Fighter lijkt verdacht veel
op de strubbelingen van 35 jaar geleden rond de ont
wikkeling van de F-16. De competitie tussen de USAF
en de Navy maakt de JSF veel zwaarder dan nodig is.
Waarom moet er per sé een versie ontwikkeld
worden die verticaal kan starten en landen? Hoe te
vermijden dat de JSF in dezelfde kuil terechtkomt als
de F-15? Wat landen als Nederland nodig hebben is
een lichtgewicht exportversie, net als indertijd de
NF-5 en de F-16. Een lichtgewicht jager hoeft niet
alles te kunnen, en hoeft niet alle spullen met zich
mee te slepen voor alle verschillende vormen van
oorlogsvoering. Ik hoop dat uit het gebakkelei een
jachtvliegtuig te voorschijn komt dat over de hele
wereld, en niet alleen in de rijke landen, graag
gekocht zal worden. Alleen de Amerikaanse
vliegtuigindustrie is in staat om dit waar te maken:
ik hoop dat het werkelijkheid wordt.
26