kruis van het hoogte- en richtingsroer. Tijdens de 78 dagen durende Kosovo oorlog in 1999 is Belgrado bijna elke dag het doelwit van vijandelijke aanvallen. De NAVO brengt de Servische lucht macht daarbij zoveel schade toe dat die feitelijk ophield te bestaan. Wel slaagde de Servische lucht macht erin een 'onzichtbare' Amerikaanse F-117 Stealth en een F-16 uit Aviano neer te halen. Op 27 en 28 maart en op 5 april 1999 zijn de aanvallen gericht op de luchthaven Surcin vlak naast het museum. Volgens sommigen heeft het museum daarbij schade opgelopen. Anderen spreken dat ech ter tegen. 4NAVO agressie' Na het luchtoffensief ondergaat de permanente expositie binnen een complete verandering. De col lectie wordt aanzienlijk uitgebreid met clusterbom- men. kruisvluchtwapens en onbemande vliegtuig jes. En dat alles afkomstig uit NAVO landen. Zelfs de wrakstukken van de neergeschoten F-117 en F-16 komen in het museum terecht. Aan het plafond hangt een buitgemaakte Predator, een onbemand verkenningsvliegtuig. Een gids doet zijn verhaal aan een groep studenten en scholieren. Het gaat over de 'NAVO agressie', want zo zien de Serven dat. De explicatieborden laten daar geen misverstand over bestaan. De sfeer in de centrale hal is bizar. Zeker voor een bezoeker uit ons land komt dat bedreigend over. De trotse en voor historie zeer gevoelige Serven denken anders over het ingrijpen van de NAVO in 1999 dan wij. En er zijn heel wat belangstellende Serven in het museum. De stoffelij ke resten van beide gevechtsvliegtuigen hebben een prominente plaats gekregen. Officieel mogen die niet worden gefotografeerd. Maar dan toch. Wie 'vriend' wil worden van het museum kan voor tien U.S. dollar een origineel stukje huidplaat afkomstig van die F-117 kopen. Met bijbehorend certificaat van echtheid. Tot nu toe zijn meer dan vijfduizend kopers met een stukje F-117 naar huis gegaan. Voor de ingang van het museum staat een Mil Mi-4 Hound helikopter als publiekstrekker, foto: Maarten Baltussen. 21

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Spinner | 2006 | | pagina 21