J-253 pit mag gadeslaan. Op 25000 voet hoogte vliegt schuin voor en boven ons de KC-135 met ongeveer 250 knopen grondsnelheid. We klimmen langzaam naar de tanker toe tot we hem vlak voor en boven ons hebben en de flying boom recht voor onze neus. Dan is er ineens het geraas van de geopende air-refueling door boven de cockpit; we kruipen nog dichter bij de tanker; de boom wordt opzij en naar boven gezwaaid en koppelt dan met een doffe klap, waarna het overpompen van 55.000 lbs brandstof begint. Het is een (spannend) sprookje. Onder ons het door zwakwit maanlicht verlichte wolkendek; boven ons en vrijwel opzij de met floodlights verlichte vleu gels en motorgondels van de KC-135; vóór-boven de steeds wisselende indicatorlights: links aangevend vooruit/achteruit; rechts aangevend dat omhoog/omlaag gestuurd dient te worden. Het sterkst is de spanning die zich van ieder mees ter maakt; de concentratie van de vliegers is gewoon voelbaar. Al met al een onaardse sensatie. Onze eersteling doet het goed Na de opluchting dat het allemaal weer goed is afgelopen en zonder hoopjes hardware op oncom fortabel korte afstand, een nachtelijk wandelingetje door het ruim gemaakt. Via een steile trap naar beneden, tussen 5 front fuselages, 2 aft fuselages en nog veel meer naar achteren, een duik onder de KLu F-16B no. 1 door. Onze eersteling doet het nog steeds goed en koerst vleugellam (deze zitten in een kist) met de neus een 20' uit de vliegrichting nu met 500 knopen op haar toekomstige vaderland af. Het motorlawaai resoneert een beetje door de holle ruimte doch is qua geluidsniveau best uit te hou den. Weer herinnert de C-5 me aan een oorlogs schip, doch dan qua beweegruimte heel wat ruimer en dus zonder de benauwdheid die deze schepen plachten te geven. Overigens is er hier ook minder ijzer om je aan te stoten en zijn de leidingen beter weggewerkt. Achterin per steile trap weer omhoog naar het compartiment dat normaliter de te ver plaatsen troepen huisvest met complete galley voor bereiding van warme maaltijden, warme koffie en, hoe kan het anders bij Amerikanen, gekoeld water. De beide wc's zijn ruimer dan die aan boord van DC-10 of Boeing 747. Ze zijn qua bekleding simpeler uitgevoerd doch hebben verder alle voorzieningen en gemakken. Wim Sonneveld zou er 'zijn kont heb ben kunnen keren' en bovendien bestaat hier nog steeds het rookgenot dat de IATA ons nu al jaren op het gemak ontzegt. Een eitje van een landing Weer terug in de cockpit. Onvoorstelbaar, de hulp middelen die zo'n vliegtuig aan boord heeft. Stapels radiosets, peilers, een radar die in air to air. air to ground, weerradar en zelfs in terrain follo wing geschakeld kan worden; inertial navigator computer die 's nachts aan de hand van astronavi- gatieobservaties door de navigator wordt updated. Zo steken we op ongeveer 50' NB over en leggen we het laatste stuk van de 4617 mijl tussen Forth Worth en Amsterdam af. Om 09.00 uur 's morgens maken we een eitje van een landing op het oude getrouwe Schiphol en taxiën we richting oud Schiphol tot voor de deur van Fokker. Daar aange komen laat men het hele vliegtuig door de poten zakken en bovendien het neusonderstel knielen, waardoor de laadvloer 3° helling krijgt, hetgeen het ontladen over de (wegklapbare) rollertracks aan merkelijk vereenvoudigt. De vele kijkers en filmers moeten veel geduid opbrengen: steeds maar kisten en rompdelen totdat eindelijk de F-16 wordt gelost. Dan verflauwt de belangstelling; de crew maakt de C-5 klaar voor de nacht, het ingebouwde aggregaat pompt de C-5 weer op normale hoogte, de windmil- lende turbofans worden gestopt en met een houten paal tussen de schoepen verankerd (contemporary technology). Na een lichte lunch in de Fokker-kantine gaat ieder zijns weegs en zit dit mijlpaaltje in het F-16 project er weer op. 15

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Spinner | 2006 | | pagina 15