ïi komend, een vliegtuig zichtbaar werd op het veld en de verloren zoon dus reeds geland bleek te zijn. Van Pakanbaroe, het gehucht dat vanuit de lucht de indruk maakte met moeite z'n plekje te kunnen handhaven tegen de omringende, aan alle zijden dringende wildernis, waren onze verwachtingen niet hoog gestemd. Ten onrechte zoals al dadelijk bij aankomst bleek. Op het veld wachtte ons een heerlijk warm kopje koffie, of een koele dronk (mèt ijs uit Singapore) naar verkiezing. En in de passanggrahan. waar met behulp van de aanwezige slaapgelegenheid aangevuld met uit vele oorden bijeengebrachte veldbedden, voor logies was gezorgd, waren eten en drinken voortreffelijk. Ook in andere opzichten was de ontvangst zeer harte lijk, alles dank zij enige B.B. ambtenaren, waarvan naar ik meen niet minder dan zes bijeengekomen waren uit de omgeving, die in dit verband nogal uitgebreid moet worden opgevat en die alles in het werk stelden om het ons zo prettig en genoegelijk mogelijk te maken. Overigens was Pakanbaroe de enige plaats waar we niet hebben gedanst en waar ons niet gevraagd werd of we niet een dagje langer konden blijven. 26 september: Pakanbaroe - Medan De laatste dag van de heenvlucht ging vrijwel emo tieloos voorbij althans voor wat betreft het vliegge- deelte. Het was weer wat nevelig, het zicht goed. Het eerste deel van dit traject, tot Pasirpengarajan, was weer van het bekende boerenkoolachtige rim boe-uiterlijk; vervolgens passeerden we een merk waardig zeer uitgestrekt steppen gebied, vrij vlak en volkomen boomloos, om in de buurt van Rantauparapa tenslotte weer in de meer bewoonde wereld te komen, blijkende uit de ondernemingen, wegen en spoorlijnen enz. Om 11 uur bereikten we Medan, waar van verre zichtbaar op het nieuwe en keurig aangelegde landingsterrein het 'Welkom in Deli' ons toelachte. Even dicht opgesloten in forma tie boven de plaats gecirkeld en vervolgens geland. Alle prettige dingen, hartelijke attenties enz. te memoreren, welke ons het vriendelijke, gastvrije en in luchtvaartzaken zeer veel belangstellende Medan ten deel vielen, zou me te ver voeren; de dag van aankomst begon onmiddellijk met een krans, vervolgens een gezellig samenzijn in de sociëteit, 's middags een autoritje door en rond Medan, en zo ging het door. De volgende dag, 27 september, bracht voor Deli feitelijk eerst het grote gebeuren: de opening van de luchtlijn der K.N.I.L.M. Batavia - Medan. Wij had den de eer en het genoegen met twee afdelingen van drie vliegtuigen het eerste lijn-vliegtuig het laatste gedeelte van zijn reis te escorteren tot het landingsterrein, waar talrijke notabelen en honder den genodigden en belangstellenden de aankomst verbeidden, en met veel speeches en niet minder champagne de opname van Medan in het Indische luchtverkeer inwijdden. Over het diner, 's avonds ter ere hiervan gegeven, en waaraan wij mede genodigd waren, kan ik als gast bezwaarlijk schrij ven, doch het moet me van het hart, dat er behalve gegeten en gedronken, veel gedanst is, en dat we het langer hebben uitgehouden dan de muziek. Dan volgde nog een rustdag, welke met gepast ver maak werd doorgebracht. 29 september: Medan - Pajakoemboeh De 29ste september aanvaarden we de terugtocht, die dag tot Pajakoemboeh, over Rantauparapat, Kotapinang-baroe en Pasirpendjarajan. De route ging thans dus dichter langs, en na Parispengarajan, over het bergland. Op dit gedeelte deed zich in verschillende vliegtuigen het in 't begin onverklaarbaar verschijnsel voor, dat diverse com- passen afwijkingen vertoonden; later is het ernstig vermoeden gerezen, dat zulks zijn oorzaak vond in beïnvloeding van het magnetisme door blikjes met hopjes en andere lekkernijen uit Medan medegeno men, en op daarvoor minder geëigende plaatsen gezet. Tegen 10 uur kwamen we boven zwaar bergterrein, met rechts zeer mooi zichtbaar de Ophir, en onder ons vele kampongs, in typische Minangkabausche bouwstijl, doch met zinken daken. Opmerkelijk is de berg-formatie, welke op vele plaatsen dezelfde loodrechte rotswanden vertoont, als het Karbou wengat en de Haraukloof. 10 uur 35 geland te Pajakoemboeh, hartelijk ver welkomd door vele belangstellenden, waaronder in de eerste plaats de Gouverneur van S.W.K. Per auto ging het via de imposante Haraukloof naar ons hotel in Fort de Koek, op welke plaats voor die avond in allerijl, ondanks het feit dat het maandag was, een danspartijtje op touw was gezet. Waarbij we ons, vanzelfsprekend, weer uitstekend amuseer den en om 12 uur node huiswaarts gingen, om voor de komende dag nieuwe krachten te verzamelen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Spinner | 2006 | | pagina 11