twee nog oorspronkelijke P2V-7B's) vanaf het vlieg veld Hato (Curasao) opereren met en bij Smaldeel V. Zo kwam het dat op 31 maart 1964 drie Neptunes onder commando van LTZ 1 J. de Rouw naar Lajes op de Azoren vertrokken om vandaar, via het weer- schip ECHO. naar Kindley op Bermuda te vliegen en de derde dag naar Hato op Curasao te gaan. Het was de eerste keer dat de "grote vliegtuigen" van de MLD vanuit Nederland in de West waren, ze hadden dan ook veel bekijks op de grond en in de lucht. Heel veel lokaal oefenen bij dag en nacht en eind april maakte een Neptune een "dienstreisje" naar Barranquilla (Colombia). Toen kwam het Smaldeel in Caribische wateren en begon het "echte" werk: long range maritime patrol. Op 14 april was Hr.Ms. Karei Doorman op weg naar Curasao door de Mona passage, tussen Puerto Rico en de Dominicaanse Republiek, gevaren. De jagers Friesland en Drenthe voegden zich die ochtend bij het dikke schip om dat te beschermen tegen een "surface-raider". Die rol was aan Hr.Ms. Amsterdam toebedeeld. Op de Doorman werden twee S-2A's in gereedheid gebracht om. op aanwijzingen van een inmiddels in Hato opgestegen SP-2H. zoekslagen naar verdachte oppervlakte contacten te maken. De Neptune vloog op 8000 voet in een racetrack rond positie 1600 N en 6700 W. Ongeveer 100 NM west daarvan bevond zich een middelgroot radarcontact dat men besloot te identificeren. De S-2A's vlogen er op 50 voet naartoe met de zo net opgekomen zon en de wind in de rug. Op het radarscherm van de Neptune waren de Doorman met twee jagers op ongeveer 90 mijl ten noordoosten te zien. het verdachte contact op grote afstand in het westen en. onderbroken, ook de vliegtuigecho's van de S- 2A's. Op deze relatief grote afstand was een vlieg tuigecho op de APS-20 in de Neptune vaak moeilijk te zien. Dan werd een truc toegepast: draai de beeldversterking een stuk terug en vraag de S-2A om op 3200 (squadroncode) te "squaken". Je zag dan een duidelijk IFF (secundaire radar) signaal zonder het toestel zelf te zien en dat kon gewoon worden gedirigeerd. Zo kwam alles dan toch nog goed. Toen de S-2A's volgens onze radar 20 NM van het doel, de vermoedelijke surface raider, verwij derd waren, werd de beeldversterking weer opge draaid, zagen we op de radar de vliegtuigen zelf. lieten ze hun IFF uitzetten en stuurden één vlieg tuig ten N van het doel en één ten Z daarvan. "Target visual" klonk het even later over de radio. De scheepsradar had op dat moment de vliegtuigen nog niet gedetecteerd omdat ze ver onder de radar horizon vlogen. Toen a/b van Hr.Ms. Amsterdam (want die was het!) de vliegtuigen werden gespot bleken dat twee aanvallers te zijn die van verschil lende kanten inkwamen. Zoals gebruikelijk claim den alle partijen na afloop volledig succes. Goede oefening, well done. BASTA.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Spinner | 2007 | | pagina 30