luchtvaart niet kan worden overschat: Hendrik Walaardt Sacré, naar wie het huidige legeringskamp van de vliegbasis Soesterberg is vernoemd. Ook de marine had bij monde van luitenant-ter-zee A.E. Rambaldo een warm pleitbezorger voor de luchtvaart. Maar van nog groter belang was dat een hooggeplaatste genie officier in Den Haag luchtvaartenthousiast was en in 1907 door Rambaldo werd aangezocht om voorzitter te worden van de Nederlandse Vereniging ter Bevordering van de Luchtscheepvaart (de latere Koninklijke Nederlandse Vereniging voor Luchtvaart, beter bekend als KNVvL). Dit was kolonel C.J. Snijders, naar wie deze museumhal is vernoemd en die al spoedig zou opklimmen tot Chef van de Generale Staf en bij het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog werd benoemd tot Opperbevelhebber van Land- en Zeemacht. Walaardt Sacré werd rond 1910 tot tweemaal toe gedetacheerd in Duitsland om de luchtvaart te bestuderen en rapporteerde uitvoerig aan Snijders. Ook vanuit Frankrijk kreeg Snijders rapportages van Nederlandse officieren die de Franse legermanoeuvres bijwoonden. Volgens goed Nederlands gebruik adviseerde Snijders de minister van Oorlog een brede commissie in te stellen om het vraagstuk van de militaire luchtvaart in Nederland te bestuderen. De Militaire Luchtvaartcommissie telde tien man en stond nog heel even onder voorzitterschap van Snijders tot hij Chef van de Generale Staf werd. Walaardt Sacré was secretaris en had een grote hand in het eindrapport van voorjaar 1912, dat de minister aanvaardde als basis voor de oprichting van de militaire Luchtvaartafdeeling met alle takken van sport: ballons, luchtschepen en vliegtuigen. De Tweede Kamer moest echter niets van ballons en luchtschepen hebben en wees al het geld toe aan de aanschaf van vliegtuigen èn de aankoop van het vliegveld Soesterberg door het Rijk. Soesterberg als bakermat Met het Koninklijk Besluit tot oprichting van de Luchtvaartafdeeling of LVA op 1 juli 1913 en de benoeming van Walaardt Sacré tot eerste commandant, kreeg Nederland zijn luchtwapen met Soesterberg als standplaats. De huidige Koninklijke Luchtmacht is daaruit voortgekomen. Er waren op het vliegterrein veel voorbereidingen nodig, omheining, waterleiding, elektriciteit, etc. De opstallen van Verwey Lugard werden overgenomen, zoals hangars, constructiehal en het restaurant. Als eerste vliegtuig werd de Brik van Marinus van Meel gehuurd, waarop de eerste vliegers, die elders hadden leren vliegen, hun opleiding konden afmaken. In Frankrijk werd een handjevol Farman-vliegtuigen besteld. Ruim een De fabriek, met vliegend boven het veld een der eerste militaire vliegtuigen, een Farman HF-20

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Spinner | 2007 | | pagina 10