C& Slotbeschouwing Dames en heren, deze vogelvlucht langs de bijna honderdjarige geschiedenis van Soesterberg als bakermat van de Nederlandse militaire en burgerluchtvaart geeft een goed beeld van de betekenis ervan. Ik zou die als volgt willen samenvatten. Soesterberg was de alleerste plaats in Nederland waar werd geprobeerd te vliegen. Vervolgens was het de plaats waar de luchtvaartrage kortstondig commercieel werd uitgebaat. Het hiervoor aangelegde vliegveld was vanaf de oprichting van het Nederlandse luchtwapen in 1913 meer dan 25 jaar de centrale basis, waar aanvankelijk ook vliegers van de marine en het Oost-Indisch leger werden opgeleid. Soesterberg was het nest waar alle vooruitgang werd ontwikkeld, niet alleen in De lichtere Cougar vult de zwaardere Chinook goed aan operationeel en in technisch opzicht, maar ook in de ondersteuning als vliegmedische, meteorolo gische en verbindingsdiensten, waar de burgerluchtvaart evenzeer van profiteerde als de militaire. De KLM kwam in handen van een initiatiefrijke Soesterbergse militaire vlieger. De eerste generatie KLM-vliegers was te Soesterberg opgeleid. De LVA leverde met vlieger Jan Dellaert ook de eerste havenmeester van Schiphol. Het is niet overdreven te stellen dat Soesterberg de bron is waaruit de hele Nederlandse luchtvaart is voortgekomen. Na vrijwel geen rol te hebben gespeeld in de meidagen van 1940, werd Soesterberg tijdens de Duitse bezetting sterk ontwikkeld tot een van de vele grote Luftwaffe-bases in Noordwest-Europa. Na de oorlog duurde het geruime tijd voordat het zwaar gehavende Soesterberg weer een voorname rol kon gaan spelen. De inmiddels zelfstandige Koninklijke Luchtmacht was vele malen groter dan het vooroorlogse luchtwapen en Soesterberg was slechts één van de dertien oorlogsvliegvelden in Nederland. Maar de centrale ligging en de rijke luchtvaartgeschiedenis maakte dat Soesterberg als bakermat altijd een bijzondere rol in het luchtmachtleven kon blijven spelen. Tijdens de Koude Oorlog herbergde de basis straaljagers voor de luchtverdediging, niet alleen Nederlandse maar - heel uniek - ook Amerikaanse. Vervolgens waren er lichte vliegtuigen en helikopters en de luchttransportvloot. De laatste tien jaar herbergt en levert Soesterberg wel de meest gevraagde capaciteit van de Nederlandse krijgsmacht in de vorm van transporthelikopters. Deze doen niet alleen veel goed werk bij ongeveer alle uitzendingen, maar ook bij de nationale hulpverlening, bij bosbranden, overstromingen, gijzelingen enz. zijn ze onmisbaar. Dat heeft de vliegbasis Soesterberg met zijn personeel een uiterst goede naam in de omgeving bezorgd, ondanks de geluidsoverlast in de volgebouwde omgeving. Toch is het mede het gebrek aan uitbreidingsmogelijkheden, dat de regering dwong de concentratie van alle helikopters op Gilze-Rijen te doen en niet op Soesterberg. Dat is jammer omdat de oude basis niet langer een rol in de frontlinie kan spelen. Het goede nieuws is dat de historische locatie van de vlieghei voor het museum en het monument behouden blijft en daarmee een ferm aandenken aan de betekenis van Soesterberg als bakermat van de Nederlandse luchtvaart in stand blijft. 17

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Spinner | 2007 | | pagina 17