©I
40 jaar
Squadroncode en vliegtuignummer werden norma
liter ter weerszijden van de romprozet aangebracht.
Soms. zoals bij F.4's van 325 Squadron, was de volg
orde van toepassing aan stuurboordzijde v.I.n.r.
eerst het vliegtuignummer, rozet en dan squadron
code. Een dergelijke volgorde werd bij de Meteor
F.8'en van 328 Squadron aangetroffen.
Toegepaste kleurenschema's
Alle door Fokker geproduceerde Meteor F.Mk.8
straaljagers werden in silver dope afgeleverd. Pas
later werd een donkergroen/ donkergrijs camoufla
gepatroon op romp. vleugelbovenzijde en staart
vlakken toegepast. Onderzijde van romp. vleugels
en horizontale staartvlakken werden lichtblauw
gespoten.
Bij de squadronindeling ontvingen de F. 8'en de
passende letter/cijfercodering met een vliegtuig
volgnummer. Deze combinatie was eerst bij de zil
verkleurige toestellen in zwart op de romp aange
bracht. Na de invoering van het camouflagepatroon
werd deze in wit aangebracht. In beide gevallen was
de neuspunt alsmede bovenzijde van de staart in de
squadronkleur geschilderd. Het vliegtuigvolgnum
mer was daarbij steeds in wit op de staartbovenkant
aangebracht. Nieuw was. dat het stroomlijnvormig
lichaam vóór het kielvlak ter plaatse van het stabilo
in de kleur van de thuisbasis werd gespoten. Voor
Twenthe en de JVS was dit rood. voor de vliegbases
Leeuwarden en Soesterberg respectievelijk licht
blauw en zwart. Tevens was het vliegtuignummer
in de squadronkleur op de neuswieldeur aange
bracht. Na de invoering van de camouflagekleuren
werd dit nummer op deze locatie wit geschilderd.
De I-registratie van het betreffende vliegtuig was.
evenals bij de F.4's. bij de zilverkleurige F.8'en in
zwart onder de Fin flash aangebracht. Naderhand
werd deze klein formaat registratie bij de gecamou
fleerde F.8*en in wit aangegeven.
Bij de tot manchesleper omgebouwde F.8'en verviel
de squadroncode op de romp en werd deze vervan
gen door de I-registratie in een zelfde formaat letter
en cijfer. Tevens waren deze aan de bovenzijde her
kenbaar aan twee gele banden, elk één ter weerszij
den van de straalmotorgondel. Aan de vliegtuigon
derzijde was deze speciale functie duidelijk kenbaar
gemaakt door een diagonaalsgewijs toegepast
zwart-geel bandenpatroon.
Museum F.8'en
Voor het nageslacht zijn momenteel nog slechts
twee Meteor F.Mk.8 straaljagers bewaard gebleven.
Beide toestellen werden indertijd door Fokker in
licentie gebouwd. De eerste is de 1-187 (c/n 6466),
welke na overdracht aan de luchtmacht op 10
maart 1953 bij 322 en 327 Squadron heeft gevlogen.
Op 28 mei 1958 volgde de uitdienststelling. Het toe
stel werd direct op Soesterberg voor museale doel
einden bestemd. In 1981 ontving het om onbekende
redenen de registratie 1-147.
De tweede Meteor F.8 is eveneens eigendom van de
luchtmacht, maar werd uitgeleend aan het Natio
naal Lucht- en Ruimtevaartmuseum 'Aviodome' op
Schiphol. Het betreft hier de 1-189 (c/n 6468), welke
op 19 december 1953 door de Koninklijke
Luchtmacht van Fokker werd overgenomen. Het toe
stel deed achtereenvolgens dienst bij 322 en 326
Squadron om tenslotte op 9 april 1958 te worden
afgedankt. Zeer waarschijnlijk is de 1-189 daarna
nog enige tijd als poortwachter op de vliegbasis
Leeuwarden in gebruik geweest. Uiteindelijk werd
het toestel voor het toen nog op te richten KLu-
museum op Soesterberg bestemd en werd het hier
toe op Woensdrecht tijdelijk opgeslagen, in 1971
volgde de uitlening aan 'Aviodome'. De 1-189 is gede
coreerd met het 'Ruiten Vier'-embleem en ontving -
eveneens geheel onterecht - de squadroncode 7E-5
van 327 Squadron. Tijdens de 'KLu 75'-Open Dag van
2 juli 1988 bleek het genoemde demoteam-embleem
20
Een foto uit een tijdschrift: het einde van de Meteors op
Woensdrecht, de Mk.8 was nog geen tien jaar oud