hij op dezelfde manier terug naar de Wasserkuppe. Kronfeld doet er drie uur over en bereikt een hoogte van 540 m. Vanaf dat moment wordt het mogelijk thermiekvluchten te maken waarbij grote hoogten worden bereikt, de vluchtduur aanmerke lijk wordt verlengd en langere afstanden kunnen worden afgelegd. Ingenieurs van naam Nagenoeg alle Duitse vliegtuigbouwkundige ingenieurs van naam hebben hun roots op de Wasserkuppe. Er wordt in de jaren '20 volop ge ëxperimenteerd met nieuwe luchtvaart techno logieën. Het is de tijd waarin op de Wasserkuppe vliegtuigen worden ontworpen, gebouwd en getest. Kurt Tank - de ontwerper van de Fw-44 Stieglitz, de Fw-190 en de Fw-200 Condor - vloog er in 1923 met zijn staartloos zweefvliegtuig Charlotte. Max Valier, Friedrich Wilhelm Sander en Fritz van Opel beproeven er hun Raketen-Ente, een canard-achtig, staartloos zweefvliegtuig waarmee op 10 juni 1928 de eerste bemande vlucht met een raketaangedre- ven vliegtuig plaatsvindt. Arthur Martens begint er in 1922 de eerste zweefvliegschool ter wereld. Er zijn in de loop van al die jaren veel meer Duitsers geweest die op de Wasserkuppe hun eerste schre den in de luchtvaart hebben gezet. Namen als die van Wolf Hirth, Walter en Reimar Horten met hun vliegende vleugels, Alexander Lippisch, Willi Messerschmitt, Hanna Reitsch, Peter Riedel zoemen door de hal van het Deutsches Segelflugmuseum dat vol staat met herinneringen uit die tijd. Documenten, foto's, modellen maar ook vliegtuigen zoals de hangglider van Willi Pelzner, de Vampyer van Martens en de Besenstiel van Ferdinand Schulz die in 1920 aan de wedstrijden op de Wasserkuppe hebben meegedaan. Maar ook de originele Raketen- Ente van de Rhön-Rossitten-Gesellschaft, de eerste officieel erkende zweefvlieg organisatie ter wereld. Collectie Het museum heeft in haar collectie over ruim honderd jaar zweefvliegen het accent gelegd op de periode tussen 1920 en 1960. Wat niet betekent dat de tijd daarvoor en daarna niet zijn terug te vinden. Want Lilienthal blijft hoe dan ook als eerste vlieger ooit, van eminent belang in dit museum. Het modelvliegen dat in het museum volop de aan dacht krijgt, dateert uit de laatste decennia. Met de zweefvliegtuigfabriek van Alexander Schleicher zowat naast de deur in Poppenhausen, zou er best wat meer uit de afgelopen jaren mogen hangen. Al Deze DFS Kranich III is gebouwd in 1937. Er zijn zuurstof voorzieningen getroffen om het vliegen op grote hoogte mogelijk te maken. De Kranich III is voor die tijd een ultra modern vliegtuig, dat op het eerste ge zicht een grote overeenkomst vertoont met de bij velen zeer bekende Schleicher ASK-13 uit de jaren '70

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Spinner | 2009 | | pagina 33