leurs niet werkten. Door het slechte weer en de
enorme rookontwikkeling door de oliebranden was
van vijandelijke troepenbewegingen niets te beken
nen. De patrouilles waren net weer op Samarinda
II geland, toen Japanse bommenwerpers het terrein
aanvielen. Van Helsdingen sprong onmiddellijk
weer in zijn toestel, dat inmiddels van brandstof
was voorzien. Zijn defecte mitrailleurs waren nog
niet hersteld. Met hem startten tevens vgd vl-wrnr
Jolly en kap vl-wrnr A.A.M. van Rest. De Brewsters
konden echter geen resultaten boeken.
De Militaire Willems-Orde
der 4 e klasse
Voor zijn krijgsverrichtingen op Borneo werd Van
Helsdingen bij Koninklijk Besluit nr. 15 van 12
februari 1942 benoemd tot Ridder der 4C klasse der
Militaire Willems-Orde wegens:
Als commandantvoorvlieger van eene afde
ling jachtvliegtuigen op den 23sten en 24sten
Januari 1942 duikbomaanvallen uitgevoerd
op vijandelijke schepen en ondanks 's vijands
lucht- en jagerafweer door beleidvol en moedig
optreden, alsmede initiatief, vastberadenheid
en koelbloedigheid den vijand zware verliezen
toegebracht, hebbende hij daardoor blijk gege
ven van uitstekende militaire eigenschappen in
den strijd tegen een plaatselijk zeer overmach-
tigen vijand, zoomede van onverschrokken en
kalm beleid in ettelijke gevechten.
Terug naar Java
Op 26 januari vertrok 2-V1.G.V van Borneo naar Sem-
plak op Java. Eind januari 1942 waren alle resteren
de luchtstrijdkrachten op Java teruggetrokken. De
jagerafdelingen hadden betrekkelijk weinig verlie
zen geleden en men wachtte op het onvermijdelijke:
de Japanse aanval op Java, het laatste bolwerk.
Het gereorganiseerde 2-V1.G.V, uitgerust met acht
Brewsters, was weer operationeel. Kap van Helsdin
gen voerde in die dagen het bevel over elt Deibei,
en elt Hoyer (beiden patrouillecommandant), de
vaandrigs Scheffer, Pelder, Dekeling en Jolly en de
sergeanten Stoové, Bruggink en Snoeck.2
Na een kort verblijf op Semplak, waarbij weinig rust
werd gevonden, vertrok 2-V1.G.V naar Tjisaoek, een
schuilterrein in de buurt. Vanaf dit veld werden vele
vluchten uitgevoerd om de vijand te onderschep
pen. Resultaten werden er echter niet geboekt. Na 9
februari werd de luchtverdedigingstaak van 2-V1.G.V
uitgebreid met de bescherming van konvooien in de
Java Zee en Straat Soenda. Enkele dagen later werd
de afdeling versterkt met twee Brewsters en de vol
gende vliegers: elt vl-wrnr R.A. Sleeuw, vdg vl-wrnr
J. Kuyper, sgt vl B.W. Manesse, sgt vl P.C. 't Hart, sgt
vl N.G. Groot, sgt vl H. Huys, sgt vl F.J. Wilde en sgt
vl J. Rosier. De afdeling beschikte nu over tien Brew
sters; er waren meer dan genoeg vliegers voor deze
toestellen.
Op 19 februari kreeg Semplak een Japanse aanval
te verduren. Daar 2-V1.G.V op Tjisaoek niet tijdig
kon worden gealarmeerd, werd de afdeling richting
Batavia gedirigeerd. Op weg naar Batavia zagen de
vliegers het vliegveld Semplak in brand staan. De
negen Brewsters van deze vlucht, die onder leiding
stond van elt Deibei, kwamen op weg naar Batavia
de van Semplak terugkerende Japanners tegen. Er
ontwikkelde zich een luchtgevecht waarbij 2-V1.G.V
zware verliezen kreeg te incasseren. In totaal gingen
vijf Brewsters verloren: vdg Kuyper en zijn koppel-
genoot sgt Groot stortten met hoge snelheid in een
rivieroever waarbij beide vliegers omkwamen. De
sgt 't Hart wist per parachute zijn brandende jager
te verlaten. Vdg. Scheffer zag niets meer door zijn
voorruit door een treffer in zijn olietank; hij sprong
lichtgewond uit zijn toestel. Zowel 't Hart als Schef
fer konden behouden aan de grond komen. Het toe
stel van Pelder maakte een buiklanding op Tjisaoek.
Deibei wist zijn zwaar beschadigde en bijna onbe
stuurbare Brewster in een geslaagde noodlanding
op het brandende Semplak aan de grond te zetten;
door een klemzittend cockpitdak moest hij met een
koevoet uit zijn toestel worden bevrijd.
Grote afwezige bij deze actie was kap Van Helsdin
gen; hij kon slechts toezien hoe Deibei op Semplak
wist te landen. Van Helsdingen was in de avond van
18 februari namelijk met zijn Brewster naar Sem
plak gevlogen om een klacht aan het startsysteem
te laten verhelpen. Doordat er zo laat werd gealar
meerd en de Japanners intussen kans hadden gezien
met hun bombardement grote schade op Semplak
aan te richten, kon hij niet meer starten.
Alleen tlt Hoyer, vdg Jolly en sgt Bruggink hielden
de strijd vol en keerden behouden op Tjisaoek terug.
Scheffer en 't Hart beweerden beiden een Japans
vliegtuig te hebben neergeschoten, maar in de
Japanse archieven worden geen verliezen op die dag
vermeld. Het resultaat van dit luchtgevecht was in
ieder geval dat twee ML-vliegers waren gesneuveld,
een vlieger zwaar was gewond en twee vliegers min
der ernstige verwondingen hadden opgelopen. Vijf
Brewsters waren total loss.
17