a Burgemeester Rubert is de grote promotor om van de
Eendenkooy een vliegterrein te maken. Zijn visionaire
gedachten om daarmee de economische ontwikkeling van
Woensdrecht te stimuleren, krijgen anno 2007 een nieuwe
dimensie met de plannen voor Maintenance Valley
bron: Gemeentearchief Woensdrecht
streven naar een eigen vliegveld is de Bergse wet
houder ir. A.J.L. Juten. Naast zijn gemeentelijke
functie is hij ook directeur en hoofdredacteur van
het avondblad De Avondster. Juten maakt dank
baar gebruik van zijn eigen medium om zijn visie
uit te dragen. Hij zet zich in voor een officieel
erkend hulpvliegveld aan de westkant van de stad
op Kijk-in-de-Pot. In die tijd - en zelfs nog tot de
jaren '70 van de vorige eeuw - grenst het terrein
aan de Oosterschelde. 'De rol die vliegvelden in
het internationale verkeer spelen, is in de eerste
plaats dat van hulpvliegveld', schrijft Juten. 'Het
internationaal verkeer zal er niet om denken daar
tussenlandingen te doen. Zij die er vóór zijn om
in onze omgeving een vliegveld te verkrijgen,
zijn niet zotter dan zij die wel denken aan tus
senlandingen en die weten dus dat het vliegveld
alleen nationaal betekenis kan hebben', filosofeert
hij jaren later als Woensdrecht het vliegveld wil
gaan sluiten. Roosendaal schijnt in die periode
ook ergens een hulpvliegveld te hebben gehad: een
groot weiland, maar méér dan een verwijzing naar
het terrein kan niet worden achterhaald. Volgens
Juten voldoet het vliegveld van Roosendaal niet en
als Bergen-op-Zoom een vliegveld zou krijgen, zou
dat van Roosendaal kunnen worden uitgeschakeld.
Het is het bekende verhaal tussen Bergen-op-Zoom
en Roosendaal waar al sinds mensenheugenis een
rivaliteit bestaat zoals die elders ook bij andere ste
den en dorpen in ons land voorkomt.
Als begin 1934 de verpachting van De Eendenkooy
tegenzit, oppert Rubert het terrein een andere
bestemming te geven. Hij toont zich in de gemeen
teraad een groot voorstander om van De Eenden
kooy een vliegveld te maken. Dat zou voor de streek
grote voordelen met zich meebrengen. Misschien
niet direct, maar dan toch zeker in de toekomst. En
Woensdrecht ligt centraal tussen Amsterdam en
Brussel. De KLM vliegt al op Brussel en Parijs. Maar
de gemeenteraad heeft zo haar bedenkingen. Die
vindt dat de gemeente het terrein zelf zal moeten
exploiteren. Contacten over een mogelijke subsidi
ering vanuit het ministerie van Defensie leveren
niets op. De K.L.M. reageert niet afwijzend. Maar
er bestaan geen plannen om reguliere vluchten op
Woensdrecht uit te voeren. Wel is de K.L.M. geïn
teresseerd om De Eendenkooy als noodvliegveld
te gebruiken. In juli 1933 wordt het terrein 'in
principe' goedgekeurd, maar dan moet er wel nog
het een en ander aan gebeuren. Zo moet het terrein
nog worden geëgaliseerd, greppels en kuilen wor
den gedicht, sloten gerioleerd en bomen gekapt.
En dan moet er nog een grasmat worden aangelegd
en er moet een behoorlijke toegangsweg komen.
De kosten van dat alles bedragen zo'n 10.000. Het
veld zou niet worden gehuurd. Wel zou de K.L.M.
jaarlijks een bedrag van 1.000 betalen voor het
gebruik. Als er vliegdemonstraties zouden worden
gehouden, dan gaat 15% van de revenuen naar de
gemeente, aldus de K.L.M. Het is er nooit van geko
men. Ook het ministerie van Waterstaat verklaart
daarop niet bereid te zijn om bij te dragen aan de
exploitatie van het vliegveld. Wel gaan ze akkoord
met de bestemming van De Eendenkooy als nood-
vliegveld. Daarvoor ontvangt de gemeente jaarlijks
een bedrag van 175.- van het Rijk. Een halfjaar la
ter blijkt de K.L.M. alleen nog maar geïnteresseerd
in lokale rondvluchten. Die zullen dan worden
gemaakt met Koolhoven FK-43's waarvan de KLM er
in die jaren negen in bedrijf heeft.
Als bij de lokale luchtvaartclub duidelijk wordt
dat De Eendenkooy niet zal worden gebruikt voor
het doel waarvoor het is ontgonnen, groeit ook
daar de interesse voor het terrein. In 1932 zijn er
in Bergen-op-Zoom al plannen voor de oprichting
17