De Koolhoven F.K.51 Replica
genomen. De LA-KNIL nam de F.K.51 echter ook als
basistrainer in dienst, naast de functie als over
gangsvliegtuig. Tijdens het gebruik bleek door de
hitte in het land het stijgvermogen achter te blijven
en na onderzoek werd besloten om de vleugels iets
groter te laten maken. De daarop bestelde 3° serie
van 20 stuks kreeg deze grotere vleugels, maar in
de praktijk bleek het niet veel verschil te maken.
Omdat het Indische rijk vele malen groter dan
Nederland was waren er meer vliegtuigen nodig,
terwijl er door ongevallen ook enkele verloren gin
gen. Er werden nog eens 15 machines bijbesteld. Op
10 mei 1940 stonden de machines vrijwel gereed,
maar gingen bij het bombardement verloren.
Toen Japan op 7 december 1941 de oorlog begon
Verschillende FK 51's werden door eigen personeel vernield,
foto: via Ger van Huizen
waren er nog ongeveer 30
F.K.51's over. Een deel werd
nu gebruikt voor verken
ningstaken en toen Japan
ook Indië binnenviel kregen
ze met de Japanse jagers te
maken waartegen het toestel
ongeschikt was.
Midden februari werd beslo
ten dat het personeel naar
Australië zou uitwijken,
zoals op Ruigenhoek waarna op 25 februari 1942
de resterende Koolhovens
werden vernietigd.
De ML-KNIL was met 60
stuks de grootste afnemer geworden. Samen met
de LVA, 54 stuks, en de MLD, 17 stuks, werd de
Koolhoven F.K.51 met 131 stuks het meest gebruik
te militaire vliegtuig van de vooroorlogse periode.!
Voor Spanje werden er 28 gebouwd en met het
prototype erbij werden er 160 Koolhoven F.K.51
vliegtuigen gebouwd.
Slechts in Spanje overleefde de F.K.51 de oorlog!
Enkele toestellen werden nog tot ca 1950 gebruikt.
Er zijn, voor zover nu bekend, geen toestellen over
gebleven.
Op Schiphol werden de eerste onderdelen voor de FK 51 overgenomen van
de Stichting Koolhoven Vliegtuigen
Nationaal werd het als een gemis
ervaren dat de meest succesvolle
Koolhoven niet meer bestaat. Direct
na de oorlog was er voor zover
bekend geen exemplaar meer over,
doch er zijn duidelijke aanwijzin
gen dat er tenminste een bij de TH
Delft z'n pensioen kreeg. Daar er
geen registratie van de collectie
werd bijgehouden is het niet meer
na te gaan welk toestel dat was.
In de periode tussen 1940 en 1958
werd het verzaagd in onderdelen
waarvan weer een deel werd wegge
gooid. Tenslotte werden belangrijke
restanten bij de verhuizing van
1958 weggegooid. Er bleef een com
plete vleugel over plus wat klein
materiaal.
In het begin van het jaar 2000
vroeg de stichting Vrienden van
19