E r wa s GE E N op erat ione le no od za a k voor he t af werp en van de fa kkel s De fakkels hadden NOOIT mogen worden gebruikt E r was GE E N s pra ke van e en no od l and i ng Gesuggereerd wordt in het artikel dat sprake zou zijn van een operationele noodzaak voor het afwerpen van de fakkels. Dit is niet correct. Er lag geen officiële opdracht van hogerhand, maar slechts de wens van de commandant van het squadron om parachutefakkels uit te gooien. Daarvoor werden 4 Amerikaanse fakkels als vaste uitrusting in een niet geautoriseerd rek achterin de Dakota's meegenomen. Er zijn geen gegevens bekend dat deze fakkels daadwerkelijk zijn gebruikt voor het signaleren van vijandige infiltraties of voor reddingsacties. Doch bij deze opdracht ging het om het uitwerpen van 26 oefenfakkels, van een geheel ander type. Zelfs na de crash heeft men bij de nachtelijke zoektocht naar mogelijke overlevenden geen Dakota met de bovengenoemde Amerikaanse fakkels ingezet. Over operationele noodzaak gesproken! Na het ongeluk werd door de commandant zeemacht in NNG besloten dat in ieder geval geen fakkels meer mochten worden uitgeworpen. Was toen opeens geen sprake meer van een operationele noodzaak? De Dakota was een transportvliegtuig en werd als zodanig in NNG ingezet. Een super betrouwbaar toestel, echter niet geschikt voor het uitwerpen van parachutefakkels, omdat het toestel niet beschikte over de daarvoor benodigde afwerpinstallatie. Nooit is hiervoor officieel toestemming gevraagd, noch voor de procedure voor het handmatig uitwerpen van de oefenfakkels, omdat men die toestemming nooit zou hebben gekregen. De onverwachts ter beschikking gekomen 132 oefenfakkels bleken bovendien van zeer slechte kwaliteit en hadden een beperkte houdbaarheid, in dit geval tot 31 december 1960. Helaas waren er op die datum nog 26 over. Toch zonde. Geheel tegen de binnen de krijgsmacht heilige voorschriften in werd op 2 januari 1962 dan nog maar even snel een laatste oefenvlucht ingelast waarmee al om die reden onnodig 5 mensenlevens in de waagschaal zijn gesteld - en met de bekende fatale afloop. De in het artikel verder niet onderbouwde veronderstelling dat de bemanning zich mogelijk niet zou hebben gehouden aan de geïmproviseerde uitwerpprocedure, dan wel dat sprake was van een gebrek aan ervaring, is suggestief, en daarom al stuitend. Wat precies de oorzaak is geweest van het vroeg tijdig tot ontbranding komen van de parachute fakkel zal nooit bekend worden. Feit is wel, dat als de verantwoordelijken de voorschriften in acht hadden genomen, dit ongeluk eenvoudigweg niet zou hebben plaatsgevonden. Hoezo, heren, het omdraaien van oorzaak en gevolg? De heren Leebeek en Van Dijk gaan ervan uit dat sprake is geweest van een door de vliegers verkeerd uitgevoerde noodlanding. Echter, met de nu gedeclassificeerde gegevens en de nog steeds geheime, maar uitgelekte medische rapportage ten aanzien van de verwondingen kan met aan een zekerheid grenzende waarschijnlijkheid worden geconcludeerd dat het toestel is neergestort door een besturingsprobleem. Diverse getuigenverklaringen vermeldden al de veel te steile daalhoek waarmee het toestel in zee crashte. Ook de laatste woorden van tweede vlieger R. Mulder aan verkeersleiding in de toren - niet opgenomen in de CVO rapportage - wijzen op het neerstorten van het toestel. Dit lijkt te worden bevestigd door het feit dat eerste vlieger B. Smits niet in de cockpit was, hetgeen ongebruikelijk is bij een noodlanding. Temeer, als dit wordt gezien in het licht van het door de CVO, overigens ten onrechte, vermelde 'gebrek aan ervaring met waterlandingen'. Daarnaast hadden de overige bemanningsleden geen ditchingposities ingenomen, hetgeen is af te leiden uit de beschrijving in het medisch rapport van de verwondingen aan de stoffelijke overschotten van de drie gevonden bemanningsleden. Het duidt er dan ook eerder op dat de vliegers juist niet in paniek een noodlanding hebben ingezet, maar dat het plotselinge neerstorten van het toestel te wijten is aan een besturingsprobleem. Destijds heeft men dit echter niet in de eindrapportage opgenomen. Een later uitgevoerde proef die bevestigde dat de besturingskabels mogelijkerwijze door de brandende fakkel zouden zijn beschadigd is zelfs geheel buiten de rapportage gehouden! Zelf achten wij het nu veel waarschijnlijker dat door de brandende fakkel, die na enige tijd uit het toestel was gewerkt maar met de parachute aan het toestel was blijven hangen, de linnen onderdelen van het

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Spinner | 2011 | | pagina 35