3 MAART 1942.
DE ZWARTSTE DAG IN DE GESCHIEDENIS
VAN DE MARINE LUCHTVAART DIENST
Schout-bij-Nacht Vlieger b.d.
R.J. Idzerda
14
Een zon-overgoten exercitieterrein in
de kazerne van het 5de Depotbataljon,
Koninklijk Nederlands Indisch Leger
(KNIL) te Bandoeng, september 1941.
Aangetreden, stram in de houding, staat een
aantal in slobberig legergroen gestoken dienst
plichtigen van de lichting '23, kersvers van de
HBS-schoolbanken.
Voor de troep een drietal in smetteloos wit geklede
marinemensen, twee officieren en een korporaal
schrijver, dat het zootje met een hooghartige blik
aanschouwt.
Na 'Op de plaats rustneemt één der officieren
het woord. Hij vertelt dat de Koninklijke Marine
met het oog op de toenemende dreiging van Japan
een veertigtal nieuwe vliegboten heeft besteld,
waarvoor op korte termijn bemanningen moe
ten worden opgeleid. Er is vooral een tekort aan
officieren-zeewaarnemer, en met het KNIL is
overeengekomen dat een aantal vrijwilligers kan
overgaan naar de Marine Luchtvaart Dienst voor
een spoedopleiding, waarna eventueel bevordering
tot officier kan volgen. 'En willen de vrijwilligers
nu maar één pas vooruit maken.'
Niemand verroert een vin. Ik had argwaan, want
ik vermoedde dat zo'n opleiding met de daarop
volgende plaatsing in een vliegtuigbemanning héél
wat langer zou duren dan het dienstplichtjaar,
October 1941. V.l.n.r. Jan Adriaanse, Rudi Idzerda,
Luc Oldhoff, Leo van der Graaf f- via R.J. Idzerda
waarna ik medicijnen zou gaan studeren te Bata
via. Dus ik stak mijn hand op.
'Ja, jongeman?' 'Mag ik wat vragen, Luitenant?'
'Een subalterne marineofficier spreek je aan met
Mijnheer, jongeman'. 'Neemt U mij niet kwalijk,
eh, Mijnheer, maar ik
'Maak één pas naar voren. Wat is je naam en ge
boortedatum?'
'Idzerda, 30 oktober 1923, Mijnheer, maar ik
'Schrijver, noteer hem. En wat wilde je nu weten,
jongeman?'