liep hij op een drafje voor ons uit - hij weigerde om aan boord te stappen! Plotseling stopte hij na een uur of zo en wees met zijn speer naar een telegraaf paal die daar opeens opdoemde. Het was duidelijk dat als wij die palen maar volgden we vanzelf er gens terecht moesten komen. Als dank kreeg onze Aboriginal, want dat was hij natuurlijk, wat tabak en een mes. Toen ik na een tijdje omkeek, zag ik hem nog steeds staan, ons nakij kend, op één been, leunend op zijn speer: de eerste 'echte' Australiër die ik had ontmoet. De reis eindigde voorlopig bij een afgelegen schapenboerderij aan de kust, Anna Plains gehe ten. Daar had men een primitieve radiozender, waarvoor de stroom met behulp van een trapfiets generator moest worden opgewekt. Ook troffen wij daar de bemanning aan van een KNILM Douglas DC3 onder leiding van een bekende vlieger, Ivan Smirnoff, beroemd om zijn vlucht met de Peli kaan in 1933 heen en terug van Nederland naar Nederlands-Indië. Het bleek dat hij op de zelfde dag van het Broome-drama met zijn DC-3 uit Java was ontsnapt en op weg naar Australië door dezelfde Zero's op hun terugweg was aangevallen. Hij had al zijn vaardigheden als ex-jacht vlieger en ace (bij de Russische luchtmacht tijdens de Eerste Wereld Oorlog) aangewend om aan de Zero's te ontkomen, maar was ondanks al zijn capriolen uiteindelijk neergeschoten en moest een buiklanding maken op het strand bij Carnot Bay, noord van Anna Plains. Ook ging het verhaal dat hij een pakket diamanten aan boord had gehad, dat na de crash was verdwe nen. Jaren later hoorde ik dat een strandjutter toch enige diamanten had gevonden en ingeleverd bij de politie - maar ook dat de man plotseling in enige welvaart leefde Wij werden spoedig opgehaald door een vliegtuig dat ons naar Adelaide bracht. Daar werden wij on dergebracht in een meisjesschool, zonder meisjes, maar wel onder streng arrest, want wij waren im mers deserteurs. Kort daarop werden wij overge bracht naar Flinders Naval Base bij Melbourne, de hoofdstad van de State of Victoria, waar nader over ons lot zou worden beslist. We sliepen in hang matten, voor mij een nieuwe, geen onplezierige ervaring, en kregen slecht te eten. Het Australische marinevolk was niet onvriendelijk: ze hadden natuurlijk allang begrepen dat niemand bij zijn gezonde verstand ooit in de Austalische 'outback' zou willen deserteren. Ik mocht zelfs in een kleine jachthaven in mijn eentje gaan zeilen. Toch begon ik bijna te vrezen de rest van de oorlog daar te moeten blijven, toen plotseling op een zéér goede dag heel toevallig een Nederlandse marineof ficier op de basis kwam en van ons verblijf hoorde. Toen hij mij zag, zei hij verbaasd: 'Wat doe jij hier?' Die officier was luitenant ter zee Amsterdam, met zijn gezicht nog in het verband vanwege de brand wonden. Binnen 24 uur waren wij vrij, werden onderge bracht in een keurig hotel en moesten ons de volgende dag melden bij de oudst aanwezend zeeofficier, Schout-bij-Nacht Coster. Toen wij stram in de houding voor zijn bureau stonden, werd ons eerst een kwartier lang stevig de mantel uitge veegd. Daarna schraapte hij z'n keel, trok een lade open, smeet een aantal coupons op zijn bureau en zei bars: 'Ga hiermee bij het kledingmagazijn je officiersuniform halen, kom morgen terug, dan zal ik jullie de eed afnemen'. Onnodig te beschrijven hoe ik mij toen voelde. Bevorderd met terugwerkende kracht op 2 maart 1942 ving mijn carrière bij de marine aan als officier-zeewaarnemer der derde klasse KMR - die echter wel wat langer zou duren dan ik op dat moment had verwacht. Bekomen van de schrik en emoties, diende ik vervolgens een verzoek in om een vliegopleiding te mogen volgen. Dat werd ingewilligd, en spoedig werd ik met nog een paar nalcomers per schip naar de Verenigde Staten gestuurd waar de vliegoplei ding van zowel MLD als Militaire Luchtvaart (van het KNIL) leerlingen, die al in februari vanuit Java via Australië naar de VS waren overgeplaatst, reeds was aangevangen. Pas eind 1943 zou ik weer terug zijn, dan als jachtvlieger op de Curtiss P-40, gedetacheerd bij het 120ste Squadron NEI/RAAF, opererend vanaf Nederlands Nieuw Guinea. Uit 'EEN BEVLOGEN AVONTUUR' Uitgegeven door de Bataafsche Leeuw te Amsterdam, nu in de vierde druk. Ook uitgegeven in Engeland door Woodfield Publishing met de titel 'ADVENTURES OF A FLYING DUTCHMAN' 23

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Spinner | 2012 | | pagina 25