iw& 30 Een GAM Dassault Super Mystère B.2 van de Franse luchtmacht. De staart is al half verdwenen en zo hier en daar zijn ook enkele luikjes weg. Om over de beschildering nog maar niet te schrijven de Armee de l'Air ook in Monterblanc de grote af wezige. Het Ministerie van Defensie in Parijs maakt er doorgaans wel werk van om uitgefaseerde vlieg tuigen aan musea beschikbaar te stellen, maar dan moet daar wel voor worden betaald. Enige materiële of logistieke ondersteuning, lees hand- en span diensten, is niet aan de orde. Ook niet als dat aller noodzakelijkst is en alleen door de luchtmacht zou kunnen worden gedaan. Meer dan in welk ander Europees land dan ook staat het bewaren en be houden van cultureel en industrieel erfgoed bij de Fransen hoog in het vaandel. Met wetgeving en al is zeker gesteld dat niets daarvan verloren hoeft te gaan. In de praktijk echter is de absentie van Defen sie een van de redenen waarom het met een aantal regionale luchtvaartmusea zo slecht gaat. Het komt het behoud van het patrimoine, het nationaal erf goed, zoals dat in de wet is vastgelegd, niet ten goede. De lasten van dit beleid worden te zeer gelegd bij de particuliere verenigingen zelf. Formeel is dat in Ne derland niet anders, maar er zijn uitzonderingen. Paul Hautpois (links), oud-techneut van de Franse luchtmacht, is de initiatiefnemer geweest voor het opzetten van het museum op Meucon. Hij is ook voorzitter van de Ailes Anciennes, een vereniging van liefhebbers die oude vliegtuigen opknappen. Samen met Alfred le Louer heeft hij onlangs de restauratie van een Renault-6Qvliegtuigmotor met succes afgerond

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Spinner | 2013 | | pagina 32