Non-departementaal Breed Milestones of Flight We zijn een kwartier te vroeg. Het museum is nog gesloten. Als de juffrouw van de wacht vanuit haar hokje bij de ingang onze buitenlandse nummerplaat ziet, mogen we wel de auto parkeren. Maar we moe ten er in blijven zitten tot het museum opengaat. De enorme dubbeldeks en 2-staartige Blackburn Beverly die ik in 1965 als gate guard bij de oude in gang heb gezien, is al in 1993 verdwenen. En waar ik bij mijn allereerste bezoek nog een grote stikdon kere hangar binnenwandelde, zag ik in 1993 aan palende nieuwbouw die me qua architectuur deed denken aan de vroegere LTS aan de Heerderweg in Maastricht. Naast het wachthuisje van die RAF me vrouw staat een Bristol Bloodhound MK.2 luchtver dedigingsraket opgesteld. Voor het geval dat...? Het RAFM heeft twee vestigingen. Het museum op Hendon, Londen, is op 15 november 1972 officieel geopend. De collectie die dan bestaat uit 36 vlieg tuigen is in de jaren daarna aanzienlijk uitgebreid. Er is echter geen plaats om alles op te stellen. Daar om wordt een groot aantal kisten tijdelijk onderge bracht op verschillende vliegbases verspreid over het land. Zo ook op RAF Cosford, bij Wolverhampton. De opslag op Cosford krijgt al gauw de status van een volwaardig museum. Op 1 mei 1979 opent het RAFM aldaar haar tweede vestiging. Het RAFM dat aanvankelijk is opgenomen in de organisatie van de RAF is in 1984 in overeenstemming met de Britse wet over nationaal erfgoed weggehaald bij de overheid. In plaats daarvan is de organisatie en exploitatie ondergebracht bij het RAF Museum Enterprises Ltd, een buiten departementale instantie.2' Om het ver lies aan overheidsinkomsten te compenseren wordt vanaf dat moment aan fondsenwerving gedaan. In die tijd bestaan op Hendon dan nog twee andere zelfstandige musea: het Battle of Britain museum en het museum van RAF Bomber Command. Zij ont vangen geen enkele subsidie vanuit de overheid, maar hebben het altijd moeten doen met toegangs heffing en fondswerving. Door het alsmaar terug lopend bezoekersaantal bij het Bomber Command museum komt de exploitatie van dat museum onder zware druk te staan. De situatie is zo ernstig dat men afstevent op een definitieve sluiting. In een poging om dat te voorkomen wordt in 1989 besloten de drie musea op Hendon samen te voegen met het RAFM in RAF Museum Enterprises Ltd. Het ministerie van Defensie is tegen latere aflossing bereid om de schulden van het Bomber Command museum op zich te nemen. Bovendien eist het ministerie dat bezoekers toegang gaan betalen. In de jaren daarop wordt de schuld aan de Staat afgelost. Maar de in komsten na de samenvoeging zijn bij lange na niet wat ze waren vóór die tijd. Als het ministerie van Defensie in 2001 besluit het RAFM jaarlijks dezelfde financiële ondersteuning te geven die het ministerie van Cultuur, Media en Sport verleent aan andere nationale musea, schaft het RAFM de entreeprijs weer af. De bijdrage van de overheid aan de totale exploitatie van het RAFM op Hendon en Cosford be draagt jaarlijks zo'n 8M 9,6M) geïndexeerd. Zelf genereerde het RAFM in 2013 ca. 4M 4,8M), waaronder zo'n 1,5M 1,8M) aan donaties en fondswerving. De totale de exploitatiekosten be droegen ca. 12M 14,5M), personeelskosten in begrepen. Er zijn in totaal 182 medewerkers in loondienst. Daarnaast zijn er in totaal 250 vrijwil ligers, waarvan 70 op Hendon worden ingezet en de overigen op Cosford. Het museum kent twee vriendenstichtingen: de Vrienden van het RAF Mu seum en het RAFM American Foundation. Van de Vriendenstichting doneerde in 2013 een bedrag van 25K 30K) ter ondersteuning van de doelstellin gen van het museum en haar activiteiten.3) In totaal bezoeken jaarlijkse zo'n half miljoen mensen het RAFM op Hendon en Cosford. Het bezoekersaantal op Hendon fluctueerde de afgelopen jaren tussen de 220- en 275.000. De museale lijn door de RAF expo is niet uitsluitend historisch bepaald, maar is ook breed van opzet door de functionaliteiten van de militaire luchtvaart. Langs mijlpalen in de Britse luchtvaartgeschiedenis, komt de bezoeker terecht in de hallen van het Bom ber Command die grenzen aan de Historic Hangars. In die hallen is een belangrijk deel ingeruimd voor helikopters en daarmee ook voor het aspect redding en hulpverlening. Er is ook aandacht voor de inzet boven zee en elders in het Britse Gemenebest. In een ander deel van de hal representeren vliegtuigen als een Tempest, Typhoon en Thunderbolt en een groot aantal jets de tactische inzet van jachtvliegtuigen. En dan is er nog de Grahame-White Factory een mooie verzameling van originele vliegtuigen uit het begin van de militaire luchtvaart bij het RFC. Ogenschijnlijk is er sinds mijn laatste bezoek niet veel veranderd in het RAFM Of het zouden de Harrier, Eurofighter, Merlin-101 en twee Tornado's moeten zijn die aan collectie zijn toegevoegd. De

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Spinner | 2014 | | pagina 30