Aviolanda levert af
--
17
(maart 1930) omgebouwd voor het gebruik van 'Pres-
tone' in plaats van water als koelvloeistof. Doordat
Prestone, de handelsnaam voor ethyleen glycol,
een veel hogere warmteoverdrachtfactor heeft dan
gewoon water, kon de omvang van de radiateur met
bijna een derde worden teruggebracht, hetgeen,
zeker gezien de stevige proporties van dit onderdeel,
tezamen met de gewichtsbesparing van radiator
en kleinere hoeveelheid koelvloeistof uiteraard de
prestaties van het vliegtuig flink ten goede kwam.
In die zin liep de Indische Hawk direct al achter bij
de 'state of the art', maar dat werd kennelijk in Indië
niet als een bezwaar gezien, want ook bij de leveran
tie van de door Aviolanda gebouwde machines, toch
al weer zo'n anderhalf jaar na de eerste serie, werd
deze modificatie niet ingevoerd.
De eerste door Aviolanda gebouwde Hawk, de H-1
De eerste Aviolanda Hawk (c/n H-1) kwam begin
augustus 1931 gereed. Om de beste resultaten bij de
proefvluchten te bereiken was het wachten nog op
de juiste propeller, een gewijzigd type met een stevi
ger naaf, dat recent door de Amerikaanse lucht
macht als standaard uitrusting in gebruik was
genomen, de zogenaamde "no. 1 1/2 schroef. Voor
deze was een grotere spinner benodigd. Ondertussen
werden op 27 en 28 augustus door invlieger Hein
Schmidt Crans proefvluchten gemaakt op Waalha
ven. Hierbij werden twee verschillende luchtschroe-
ven gebruikt, de z.g. 'Doolittle-propeller' en een
Hamilton Standard 'no.1' propeller waarbij met de
eerste een iets hogere maximum snelheid (288 vs.
279 km/u) werd gehaald doch een lagere stijgsnel-
heid (naar 4000 meter in 9,0 vs. 7,75 minuten). Met
de Doolittle propeller zal waarschijnlijk bedoeld
zijn: een propeller van de Doolittle demonstraties
van juli 1930, die nog beschikbaar was bij Aviolanda.
Het geval was namelijk dat na afloop hiervan de ge
bruikte toestellen, waaronder de Hawk, nog geruime
tijd - volgens een bron zelfs "a number of years"- in
opslag zijn geweest bij Aviolanda. Het verschil in de
bereikte snelheden is kenmerkend voor een grotere
of kleinere bladhoek en/of -oppervlakte van de pro
pellers, hetgeen ook blijkt uit de gehaalde toerental
len van de motor.
Nadat de nieuwe '1 1/2 propeller' was ontvangen
werden op 8 september 1931 op Schiphol de officiële
afnameproeven gehouden. Schmidt Crans vloog de
machine weer, en deze werd daarna beproefd door
Lt. vlieger Cees Terluin van de LA-KNIL, die was aan
gewezen om tijdens zijn verlof in Nederland
(april - december 1931) de overname vluchten van
de serie Hawks uit te voeren. De toezichthoudende
afnamecommissie bestond, naast Lt. Terluin, uit de
Soesterbergse vliegers Kapt. van Heyst en Kapt. Ver-
steegh, Dr. Ir. van der Maas van de Rijks Studiedienst
voor Luchtvaart (RSL) en H.A. Steensma van de LVA-
Technische Dienst. De proeven verliepen kennelijk
zonder noemenswaardigheden. De contracteisen en
behaalde resultaten zijn in de tabel weergegeven.
Overnameproeven Aviolanda Hawk I,
8 september 1931
Contracteis Behaald*
Max. Snelheid
op zeeniveau:
286 km/u
278,3 km/u
op 3000 m:
270 km/u
263,5 km/u
op 6000 m:
230 km/u
239,5 km/u
Stijgtijd
naar 3000 m:
6 minuten
5,63 minuten
naar 6000 m:
20 minuten
18,43 minuten
Dienstplafond:
6850 m.
ca. 6750 m.
Absoluut plafond:
ca. 7000 m.
landingssnelheid:
97 km/u
96 km/u
Een tolerantie van 3% voor horizontale snelheid en
6% voor stijgsnelheid en plafond waren toegestaan.
Hierbij moet opgemerkt worden dat een propeller
met iets vlakkere bladhoek zal resulteren in hogere
stijgsnelheid, maar iets lagere horizontale (maxi
mum) snelheid. De bladen van de Hamilton Standard
propeller waren overigens instelbaar op de grond.
Het totaalgewicht van de Hawk bij deze afnameproe-
ven bedroeg bij het begin van de proefvluchten 1588
kg, inbegrepen 30,3 kg gewicht van de voor de proe
ven ingebouwde testinstrumenten. Bij de proeven
was de buikbenzinetank niet gemonteerd en was dus
slechts de 50 gallon (190 liter, 136 kg) brandstof van
de romptank aan boord.