21 Op 6 juni 1950 droeg kapitein P.A.Ch. Benjamins op Andir het materieel van het 120 Squadron over aan de AURIS vertegenwoordiger7. Daarmee hield het oudste jachtsquadron van het ML-KNIL op te bestaan. In een brief aan het thuisfront schrijft tweede luitenant Van der Meulen daarover: "De parade was wel netjes en duurde gelukkig niet zo lang. De AURIS liep met Duitse helmen op. Hoe zouden ze daar nu weer aankomen?" Tevens beschrijft hij dat hij als laatste een piketdienst liep. "Ik heb het geweten ook. Alles liep tegen. Eerste was er geen wacht te vinden. Toen kwam de AURIS wachtlopen. Hiervan had men mij niets verteld, toen moest er een vliegtuig lan den maar kreeg geen antwoord omdat er niemand op de toren zat. Toen waren ineens weer alle wachten weg. Toen kwamen Soekarno en Nehru met +/-1000 man TNI op het veld etc.". Na de overdracht van het vliegveld 2VB Andir organiseerde de commandant van de AURIS voor het ML personeel een receptie in hotel "Homan" waar ook president Soekarno zijn opwachting maakte. In de daarop volgende weken was men nog wel bezig met de administratieve afwerking van de overdracht en de repatriëring van personeel. Daartoe behoorden ondermeer het opstellen van tevredenheidverklarin gen en referentieverklaringen voor de vertrekkende personeelsleden. De commandant kapitein Benja mins zou op 3 juli zijn taak als Commandant 120 squadron beëindigen. Iedereen ging zijns weegs. Een aantal leden van het squadron ging over naar de AURIS of tekende bij de Nederlandse Militaire Missie en waren daardoor tot december 1953 nog actief als adviseur in Indonesië. De overige leden vertrokken uit Indonesië op zoek naar een nieuwe toekomst. T:r.ri*ini innuH rtr lie ■LTDtnQ «fer-Eli. y i m l i iift OkiÉritfftllfeftéii 5'-awir4uiT ¥Hd1 -pMMld 3qu*(?4fl. nrUUrl 4*1 4è S«Ptfrnt 4*9 Uil* lllF4 LMh'rTftPt, t.l. t[J3U Jr. vu JtaiMTl w tfit blM «rtiia 1* tij nr. l!ö 3qflk*Ptt bMft HrJl 4fWi top*»!* ml-nTc ■*pfc+p, E»W MrlIJfc mn bitrioA>«ri Ëmm liRtr, ritIiih p hoog ■thI, i-ndmr t4Tv «dlflMM..- Toen eerste luitenant Charley Martens in de zomer van 1950 zittend op het dek van het schip van zijn re patriëring de contouren van Tandjong Priok en Java zag vervagen dacht hij enkel: "Paradise lost!" Deze geschiedenis was niet tot stand gekomen zonder de hulp van Marijke Benjamins, Humphrey Bouman, Peter Carp, Gerard Determeijer, Joop van der Hoef, Charley Martens+, Walter Oostwegel, Humphrey van der Roer, Leen van Rijswijk, Gerard Sijbers, Donald Swartz, Ad Vermeulen+, wed. Van der Vijgh, Majo Vijsma. De logboeken van: Ronnie van Beers, Peter Carp, Nico Dejalle, Gerard Determe ijer, Loekie Hansen, Ad van der Heiden, Paul Jolly, Kees Merkelbach, Otto Mooijen, Manus Mulder, Frans van Nieuwpoort, Leen van Rijswijk, Gerard Sijbers, Wicky van der Meulen en Edu Vijsma. An dere bronnen Gedenkboek Medan, De Stuurkolom, diverse stamboek, persoonlijke fotoboeken en an dere persoonlijke bescheiden en verslagen Hoofd kwartier Militaire Luchtvaart, gevechtsrapporten december 1949 etc. Tekst en Research Max Schep ©juni 2010 NOTEN 1 In de tekst is bewust gekozen voor de aanduiding Luchtstrijdkrachten, kortweg LSK aangezien de betrokkenen deze aanduiding gebruikten en niet de formeel juiste aanduiding van Commando Legerluchtmacht Nederland. 2 Op basis van inzet van de toestellen in de logboeken: H-329 werd na aankomst op Andir op 21 februari door eerste luitenant Otto Mooijen 15 minuten gevlogen. H-337 logboek v.d. Roer 3 De H-328 komt op 7 maart voor het eerst voor in logboeken. Andere mogelijkheden zijn de H-311 die begin februari bij 1-VRA werd ingevlogen door 1 lt Van Rijswijk en de eerste vlucht bij 122 sqn op 27 februari 1950 maakte. De H-318 die op 6 februari werd ingevlogen bij 1VRA en op 15 maart 1950 eenmalig voorkomt in logboeken van vliegers bij 122 sqn. Mogelijk een bezoeker?) 4 Op basis van beschikbare logboeken is niet sluitend vast te stellen met welk toestel Pothoff verongelukt is. In aanmerking komen de H-305 die op 2 juni 1951 eenmalig voorkomt in het logboek van Frans van Nieuwpoort. Dit nadat hij net de L-12 T-305 heeft gevlogen! Deze Mustang registratie is echter tot 1958 bij de AURI in gebruik geweest. De H-307, die komt echter eind 1950 en in 1951 viermaal voor in het logboek van Frans van Nieuwpoort. De H-327, die komt op 31 mei en 13 juni 1951 voor in het logboek van Frans van Nieuwpoort. 5 Op basis van inzet van de toestellen in de logboeken. Naast de H-330 en H-338 is het derde toestel mogelijk de H-318 die op 15 maart eenmaal voorkomt in de bekende logboeken van het 122 squadron. Deze registratie komt op 22 en 23 augustus 1950 voor in het logboek van Nico Dejalle. Verder komen na 16 maart niet meer voor de in noot 4 genoemde: H-305, H-307 en H-327. 6 122 Squadron 11VB Medan overdracht 15 april 1950 P-51 D/K Mustang [H-305] [H-307], -310, -311, -312, -317, [-318], -321, [-327], -328 en -340 en de AT-16 Harvard B-422. Tussen niet 100% zeker De toestellen werden pas na de overdracht van de ML in juni 1950 naar Andir overgevlogen. Zo vloog Frans van Nieuwpoort, namens de Nederlandse Militaire Missie invlieger op Andir, vijf maal een Mustang van Medan naar Andir. 7 120 Squadron 2VB Andir in gebruik in mei 1950 P-51 D/K Mustang H-303, -308, -309, -319, -324, -336, -338 Piper L-4 Cub R-307,-321, -328, -341, -344, -357 Tevredenheidsverklaring en referentie voor sergeant Vijsma ondertekend door kapitein Benjamins

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Spinner | 2014 | | pagina 23