PROCLAMATIE van den 31sten Augustus 1898, betreffende de aanvaar ding der regeering door Hare Majesteit, Koningin Wilhelmina. Wij Wilhelmina, bij de gratie Gods, Koningin dei- Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassauenz., enz., enz. Op dezen voor U en Mij gewiclitigen dag gevoel Ik Mij gedrongen eenige woorden tot U te richten. Allereerst een woord van warme dankbaarheid Sedert Mijne vroegste jeugd hebt Gij Mij omgeven met Uwe liefde. Uit alle deelen van het Koninkrijk, uit alle kringen der maatschappij, van ouden en jongen, ontving Ik steeds de treffendste blijken van gehechtheid. Nadat Mijn beminde Vader Mij was ontvallen, werd al Uwe aanhankelijkheid aan Mijn Stamhuis op Mij over gebracht. Thans, nu Ik gereed sta de schoone, doch zware taak, waartoe Ik geroepen ben, te aanvaarden, gevoel Ik Mij als gedragen door Uw trouw. Ontvangt Mijnen dank! Hetgeen Ik tot dusver mocht ondervindenliet onuitwischbare indrukken bij Mij na. Het is Mij een waarborg voor de toekomst. Mijne innig geliefde Moeder, aan Wie lk onuitsprekelijk glan mijn cUo//c/

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1899 | | pagina 18