36 Natuur beschouwt, ofschoon uit uw verheven Gezangen zou het zoo bepaald niet volgen Edochmet huich'len is soms veel te vangen Wel jammer, dat ons poesje tandjes toonde. H a r a 1 d Vervloekte lafaardaldus stoft gij op Het luistTen naar wat voor uw ooren niet Bestemd was, en gij durft een eerlijk krijgsman Nog te beleedigentrek dan uw zwaard En toon u waardig mijn genadeslag t' Ontvangen. (Trekt zijn zwaard). Gotila: Dus moet ik mijn zwaard nog kruisen Met honden. (Trekt zijn zwaard). Hier! Bijt af! (Haraid werend): Die rekent niet, Mij is de eerste slag (Velt Gotila). voor d' eersten vijand. Zoo heeft de laffe Ilarald min betoond; Verstootenheeft hij nog een medeminnaar Gedood. Vloek over hem. Breek zwaard en harp. 0BlidiWee Terug naar Tresuban Urfelan1898.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1899 | | pagina 238