106 kroon der Oranjes, onder wier schaduw het ons zoo goed is te verwijlen. Een woord van hulde en dank zij hier gebracht aan het Cadettenkorps 18071898 voor hetgeen het, geheel uit eigen initiatief, deed ter eere van Koningin Wilhelmina en voor het fraaie gedenkteekendat het der Academie schonk. Dankbaar aanvaardt de Academie het geschenk als een onvergankelijk bewijs van den goeden geest, die de Cadetten bezielt, een geest die zich openbaart in liefde voor Koningin en Vaderland, in besef van plicht en gevoel van eer, in waardeering van hetgeen de Academie doet tot heil en geluk der Cadetten. Een woord van hulde en dank ook aan allendie het plan der Cadetten tot uitvoering hielpen brengen en tot het verkrijgen van een zoo schoon geheel hebben medegewerkt. Met diepen weemoed denken wij hierbij vooral aan de beide mannendie het grootste aandeel hadden in het tot stand komen van het hierboven geschetste gedenkteeken, en die niet meer onder ons zijn om hun werk geheel voltooid te zien. Wij bedoelen den Kolonel C. L. van Pescii en den heer W. C. Koomans. Hunne nagedachtenis nog met een enkel woord te eeren is hier op zijne plaats. Wat de Kolonel Van Pesch geweest is voor de Academie, behoeven wij wel niet uitvoerig in herinnering te brengen; zijn naam is onafscheidelijk aan hare ge schiedenis der laatste 25 jaren verbonden. Eerst als leeraar, later als hoofd van onderwijs in Kg <oT^

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1899 | | pagina 310