129
Laatste der maand.
Daar zag hij iets een leelijk ding,
Waar menigeen de koorts van kreeg!
Hij zag en schrok: zijn beurs was leeg.
Bogaers.
Voor 'teerst op het rapport.
Uw dienaar, mijnheer. Aangenaam uw kennis gemaakt
te hebben.
L. Mulder.
III 6.
Die hier den moed niet zinken laat,
Voorwaar! verdient een pluimpje.
Beets.
Sectie-commandant bij het appèl.
Er zahlt die Hilupter seiner Lieben,
Und sieh! ihm felilt kein theures Haupt.
Lied von der Glocke.
Maandag ziek.
Misschien hebt gij gisteravond te laat huiten gezeten
Maleisch. Van Eek.
Terug van verlof.
Frcmd kehrt er heim in's Vaterhaus.
Lied von der Glocke.
9